Een fysico-chemische nazuivering (zandfilter en actieve kool filter) toepassen (na een biologische hoofdzuivering) voor een vergaande verwijdering van zwevende stoffen, AOX, EOX, PAK en zware metalen uit het bedrijfsafvalwater.

Terug naar het overzicht

Een fysico-chemische nazuivering (zandfilter en actieve kool filter) toepassen (na een biologische hoofdzuivering) voor een vergaande verwijdering van zwevende stoffen, AOX, EOX, PAK en zware metalen uit het bedrijfsafvalwater.
Techniektype
BBT (van geval tot geval)
Wanneer is dit BBT?

De evaluatie van de economische haalbaarheid (kostenhaalbaarheid en kosteneffectiviteit) van de techniek kan enkel worden uitgevoerd op bedrijfsniveau. De investeringsuitgave en de operationele en onderhoudskosten zijn sterk afhankelijk van de hoeveelheid bedrijfsafvalwater (meestal verontreinigd hemelwater) die gezuiverd moet worden (en zijn dus gekoppeld aan de grootte van het bedrijfsterrein). De mate van zuivering wordt bovendien bepaald door de milieukwaliteitsdoelstellingen voor oppervlaktewater én de kwetsbaarheid van de ontvangende waterloop. Bij een lozing op de riolering die aangesloten is of wordt op een RWZI moet tevens rekening gehouden worden met de impact van de lozing op de waterzuiveringsinfrastructuur. De toepassing van een biologische hoofdzuivering (of een andere gelijkwaardige zuivering) wordt wel haalbaar en (kosten)effectief geacht voor de flotatiebedrijven.

Studie BBT voor schrootverwerking en sloperij
Studietype
Vlaamse BBT
Laatste herziening Vlaamse BBT-studie september 2007
Referenties in Vlaamse BBT-studie
Milieuaspecten
Sectoren