Voorbehandeling: Vitrificatie

1.1. Inleiding

Een alternatief voor de immobilisatie in cementmatrix bestaat uit vitrificatie, waarbij de vezelstructuur thermisch wordt vernietigd. De firma Inertam te Bordeaux, Frankrijk, accepteert en verwerkt asbesthoudende afvalstoffen met deze techniek. Het vitrificatieproces berust op het gebruik van een plasmatoorts. De plasmatoorts wordt gegenereerd door een elektrische boog tussen twee elektroden. Het is mogelijk om op deze manier zeer hoge temperaturen te ontwikkelen. De plasmatoorts die gebruikt wordt in het verwerkingsproces van asbesthoudende afvalstoffen is het tubulaire type en werd ontwikkeld en gebouwd door Aérospatiale.

1.2. Werkingsprincipe

De aangevoerde afvalstoffen worden na een visuele ingangscontrole door middel van een transportband overgebracht naar een brekerinstallatie. Het gebroken afval wordt gesorteerd in vier fracties: silica, calcium, brandbaar en gips.

In de oven zorgen twee 2 MW plasmatoortsen voor contacttemperaturen tussen 1400 en 1600°C. Bij deze hoge temperaturen is het mogelijk de asbesthoudende afvalstoffen te transformeren tot inerte, verglaasde eindproducten. De vezelstructuur wordt hierbij vernietigd. Het verglaasde product wordt verder geraffineerd met een derde, minder krachtige, toorts.

Het bekomen glasachtige eindproduct wordt het vitrificaat genoemd. Het behandelingsproces gebeurt batchgewijs. Het gevitrifieerd materiaal wordt vloeibaar uit de oven verwijderd en rechtstreeks overgebracht in metalen stollingsbakken.

De afgassen uit de vitrificatiereactor worden nabehandeld in een naverbrandingskamer. Vervolgens worden de gassen afgekoeld en gezuiverd in een bicarbonaatwasser. De afgassen passeren finaal doekfilters.

Inertam is in Europa het enige bedrijf dat door middel van plasmatechnologie asbest vitrificeert. Plasmaovens worden ook aangewend voor de verwerking van andere afvalstoffen, bv. behandeling van bodemas en vliegas van een afvalverbrandingsinstallatie, en ook voor nucleair afval afkomstig van weesbronnen (de afval- en recyclagesector) wordt naar deze technologie gekeken.

Inertam accepteert in de installatie uitsluitend asbesthoudende afvalstoffen. Alle asbesthoudende afvalstoffen moeten dubbel verpakt zijn en geëtiketteerd zijn met een asbeststicker. Standaard worden afvalstoffen geaccepteerd in plastic zakken en big bags. Na akkoord kunnen asbesthoudende afvalstoffen ook aangeleverd worden in metalen vaten of op paletten.

Het verwerkingsproces resulteert in een inert vitrificaat. Dit is een glasachtige, chemisch stabiele matrix. Het eindproduct wordt opnieuw gebroken, om te hergebruiken in wegenbouw.

 

Voor staalschroot vervuild met asbest is in Nederland één smeltoven vergund. Het recyclingbedrijf  voor metaalschroot vervuild met abest, chroom VI, kwik of andere zorgwekkende stoffen opende in 2020, ging failliet in 2022, maar werd in 2024 overgenomen. Het bedrijf heeft de ambitie om ook Belgisch schroot te verwerken.

Volgens het bedrijf wordt de asbestvezelstructuur volledig vernietigd in de elektrische smeltovens, bij een temperatuur van 1500°C (PMC, 2020). Het asbest wordt omgezet in water en SiO2 en MgO in de slak. Het gezuiverde staal wordt in blokken gegoten en verkocht aan staalfabrieken of gieterijen.

De rookgasreiniging bestaat uit volgende componenten:

  • Naverbranding bij 1200°C, waardoor asbestdeeltjes in het rookgas alsnog volledig vernietigd worden;
  • Een DeNOx installatie;
  • Verwijdering van (zware) metalen en andere verontreinigingen met verschillende additieven;
  • Een doekenfilter.

Het vrijkomen van asbestvezels is het belangrijkste risico bij de behandeling van het asbesthoudende afval. Vanaf de acceptatie van de verpakte afvalstoffen tot de verglazing in de reactor, worden er geen manuele manipulaties uitgevoerd teneinde blootstellingrisico’s te vermijden.

Het proces genereert afvalwater, bestaande uit koelwater van de plasmatoorts.

De gaswassing levert een residu, dat gestort wordt op een categorie 1 stortplaats.

Ten gevolge van de zeer hoge verbrandingstemperaturen zijn de luchtemissies beperkt. De rookgassen, afkomstig vanuit de reactor, worden naverbrand in een naverbrandingskamer en doorlopen vervolgens een bicarbonaatwasser en een doekfilter.

Het energieverbruik voor de verwerking van afvalstoffen is volledig functie van de samenstelling van afvalstof. De calorische waarde en het watergehalte zijn de belangrijkste factoren. Het energieverbruik schommelt tussen 500 en 1.300 kWh/ton afvalstof, met als gemiddelde waarde een verbruik tussen 1.000 en 1.300 kWh/ton.

Geen kostprijsgegevens beschikbaar.

Laatste herziening: 03/09/2024