Geleide stofemissies van stofvormende processen (andere dan drogen en bakken) beperken door middel van stoffiltratie (doekenfilter)
De verharde wegen schoonhouden (vegen) met een borstelveegmachine en de onverharde wegen bevochtigen met een mobiele sproeiwagen (bij droog en winderig weer).
Afdoende maatregelen treffen ter beperking van de verspreiding van stof ten gevolge van het verkeer op en vanaf het bedrijfsterrein.