Regelmatig uitvoeren van monitoring en metingen van procesparameters en emissies en het monitoren van emissies, zoals vermeld in BBT 5 van de BBT-conclusies voor CLM.
Het gebruik van een droogprocesoven met trapsgewijze voorverwarming en voorgloeiien om het energieverbruik te verminderen, zoals vermeld in BBT 6 van de BBT-conclusies voor CLM.
Verbruik van thermische energie beperken of zo laag mogelijk houden door aanwending van een combinatie van de technieken vermeld in BBT 7 van de BBT-conclusies voor CLM.
Verbruik van primaire energie beperken door overwegen om het klinkergehalte van cement en cementproducten te verlagen, zoals vermeld in BBT 8 van de BBT-conclusies voor CLM.
Verbruik van primaire energie beperken door het gebruik van WKK-installaties te overwegen, zoals vermeld in BBT 9 van de BBT-conclusies voor CLM.
Verbruik van elektrische energie beperken of zo laag mogelijk te houden door de toepassing van een of meer van de technieken vermeld in BBT 10 van de BBT-conclusies voor de productie van CLM.
Kenmerken waarborgen van afvalstoffen die als brand- en/of grondstoffen in een cementoven worden gebruikt en emissies verminderen, zoals vermeld in BBT 11 van de BBT-conclusies voor CLM.
Afvalstoffen, die als brandstof en/of grondstoffen in de oven zullen worden aangewend, een juiste behandeling garanderen, zoals vermeld in BBT 12 van de BBT-conclusies voor CLM.
De toepassing van een veiligheidsbeleid voor opslag, hantering en toevoer van gevaarlijke afvalstoffen staat vermeld in BBT 13 van de BBT-conclusies voor CLM.
Diffusie stofemissies van stof veroorzakende bewerkingen zoveel mogelijk beperken of voorkomen door toepassing van een of meer van de technieken vermeld in BBT 14 van de BBT-conclusies voor CLM.
Stofemissies van bulkopslagruimten zo laag mogelijk houden of voorkomen door de toepassing van een of meer van de technieken vermeld in BBT 15 van de BBT-conclusies voor CLM.