Emissies naar lucht monitoren aan de hand van monitoringstechnieken met ten minste de frequentie zoals vermeld in BBT 4 van de BBT-conclusies voor REF
De relevante procesparameters monitoren aan eenheden voor katalytisch kraken en verbrandingseenheden d.m.v. geschikte technieken en met ten minste de frequentie zoals vermeld in BBT 5 van de BBT-conclusies voor REF
Diffuse VOS-emissies naar lucht, afkomstig van de volledige raffinaderij, monitoren door toepassing van de technieken vermeld in BBT 6 van de BBT-conclusies voor REF
Exploiteren van de eenheden voor de verwijdering van zure gassen, de zwavelterugwinningseenheden en alle andere afvalgasbehandelingssystemen met een hoge beschikbaarheid en optimale capaciteit zoals vermeld in BBT 7 van de BBT-conclusies voor REF
SCR- of SNCR-afvalgasbehandelingssystemen onder geschikte bedrijfsomstandigheden laten functioneren met het oog op de beperking van emissies van niet-omgezet NH3 zoals vermeld in BBT 8 van de BBT-conclusies voor REF
Onbehandelde gassen, afkomstig van het strippen van zuur water, niet direct verbranden, maar afleiden naar een SRU of een gelijkwaardig gasbehandelingssysteem zoals vermeld in BBT 9 van de BBT-conclusies voor REF
Het gebruik van vacuümpompen (vloeistof ring vacuümpompen) en oppervlaktecondensors (i.p.v. stoomejectoren (aspirators) en barometrische condensors) maximaliseren
De behandeling (zuivering) van het afvalwater van de alkylatie-eenheiddoor precipitatie van AlF3 (aluminiumfluoride) en CaF2(calciumfluoride). De concentratie F (fluor) in het afvalwater naprecipitatie bedraagt: 20-40 ppm
Het gescheiden houden van het "once through" koelwater en proceswater, althans tot na de behandeling van dit laatste water
Het gebruik van een bufferbekken (buffertank) en een goede planningvan de productie ter beheersing van het afvalwater om toxische "shocks" in de biologische waterzuiveringsinstallatie te vermijden
De behandeling van het afvalwater beladen met H2S- en N-componentenin een geschikte waterzuiveringsinstallatie
Emissies naar water monitoren aan de hand van monitoringtechnieken met ten minste de frequentie zoals vermeld in BBT 10 van de BBT-conclusies voor REF
