31/03/2017

Wijziging adviesinstanties bij indiening bodemsaneringsproject

bodemstaal
Back to article overview

Als het bodemsaneringsproject de exploitatie van vergunningsplichtige ingedeelde inrichtingen omvat, vraagt de OVAM enerzijds advies aan het College van Burgemeester en Schepenen van de betreffende gemeente en anderzijds aan de adviesinstanties vermeld in artikel 37 van het Omgevingsvergunningsbesluit.

Ook deze verwijzing naar artikel 37 heeft zijn gevolgen voor de standaardprocedure bodemsaneringsproject. In tabel 18 van deze standaardprocedure worden de adviesinstanties opgenomen.

Onder de aanleiding “Omgevingsvergunning (exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit)” moet de Vlaamse overheid, afdelingen van het departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend erfgoed (RWO), die bevoegd zijn voor de omgevingsvergunning, niet langer worden aangeschreven. De OVAM schrijft de Vlaamse overheid, afdeling van het departement LNE, bevoegd voor de omgevingsvergunning, aan via de Gewestelijke omgevingsambtenaar, geadresseerd op de afdeling milieuvergunning van LNE. De bijlage 2 bij deze standaardprocedure “Bodemsaneringstechnieken en omgevingsvergunningsrubrieken” moet men dus ook in die zin lezen.

We herhalen nog even dat in tabel 18 van deze standaardprocedure bij de aanleiding “Omgevingsvergunning (stedenbouwkundige handelingen)” de instantie “gewestelijk stedenbouwkundige ambtenaar” moet worden gelezen als “gewestelijke omgevingsambtenaar”. De OVAM vraagt in dergelijke gevallen advies aan de Gewestelijke omgevingsambtenaar, geadresseerd op het Departement Ruimte Vlaanderen.

 
Bron: De Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij