13/01/2009

Wetgeving over gewasbeschermingsmiddelen aangenomen

Terug naar artikeloverzicht

Het EP heeft vandaag in tweede lezing een compromis met de Raad voor wetgeving op het gebied van gewasbeschermingsmiddelen aangenomen. Volgens de wetgeving zal het aantal in de lidstaten beschikbare pesticiden toenemen, terwijl het gebruik van bepaalde zeer schadelijke stoffen in gewasbeschermingsmiddelen op termijn wordt verboden. Er komen ook maatregelen voor een veiliger gebruik van gewasbeschermingsmiddelen in het dagelijks leven.

Met een overgrote meerderheid heeft het Parlement een verordening aangenomen over het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en een richtlijn over een duurzaam gebruik van pesticiden. De Raad moet het compromis nu nog formeel goedkeuren.
 
Giftige stoffen verbieden, maar makkelijker om over de grenzen heen te verkopen
 
De belangrijkste punten van de verordening - over de productie en autorisatie van gewasbeschermingsmiddelen - zijn:

  • Er wordt op EU-niveau een lijst opgesteld van goedgekeurde 'actieve stoffen' (de chemische bestanddelen van pesticiden). Op basis van die lijst worden pesticiden dan op nationaal vlak toegestaan.
  • Bepaalde zeer schadelijke stoffen - kankerverwekkende, mutagene, voor de voortplanting giftige en hormoonontregelende stoffen en stoffen die persistent, bioaccumulatief en giftig zijn, of zeer persistent en zeer bioaccumulatief - worden in principe verboden, tenzij hun effect in de praktijk verwaarloosbaar is.
  • Voor ontwikkelingsneurotoxische en -immunotoxische stoffen kunnen strengere veiligheidscriteria worden opgelegd.
  • Als een stof nodig is voor de bestrijding van een gevaar of bedreiging voor de teelt van een gewas kan een gewasbeschermingsmiddel tot 5 jaar worden goedgekeurd, zelfs als het niet aan de bovenstaande veiligheidscriteria voldoet.
  • Producten met bepaalde schadelijke bestanddelen - de zogenaamde 'kandidaten voor vervanging' - moet worden vervangen zodra minder schadelijke alternatieven voorhanden zijn. Europarlementsleden hebben met succes aangedrongen op een snellere vervanging: binnen 3 in plaats van 5 jaar.
  • Stoffen die schadelijk zijn voor honingbijen worden verboden.

Producenten en gebruikers van gewasbeschermingsmiddelen hebben baat bij de nieuwe wetgeving want:

  • Lidstaten kunnen gewasbeschermingsmiddelen toestaan op nationaal niveau of door wederzijdse erkenning. De EU wordt verdeeld in drie klimaatzones (noord, centrum en zuid), waarbij lidstaten in n zone in principe verplicht zijn om elkaars toegelaten of verboden stoffen te erkennen. Zo krijgen producenten makkelijker toegang tot andere lidstaten binnen dezelfde zone en kunnen ze dus meer gewasbeschermingsmiddelen sneller beschikbaar stellen. Europarlementsleden hebben bereikt dat lidstaten van de basisregel van drie zones af kunnen wijken vanwege bijzondere agrarische of milieuomstandigheden. Nederland en Belgi zijn ingedeeld in de centrale zone, die loopt van het Verenigd Koninkrijk tot en met Polen.
  • Producten moeten sneller worden geautoriseerd: lidstaten moeten binnen de 120 dagen beslissen of ze producten al dan niet wederzijds erkennen. Tot nu toe was daar geen deadline voor.

De nieuwe EU-wetgeving zal de bestaande geleidelijk vervangen. Gewasbeschermingsmiddelen die onder de huidige wetgeving op de markt gebracht mogen worden, blijven toegelaten tot hun termijn is verstreken.

Minder gewasbeschermingsmiddelen gebruiken
 
De belangrijkste punten van de richtlijn over een duurzaam gebruik van gewasbeschermingsmiddelen zijn de volgende:

  • Het beginsel van gentegreerde plagenbestrijding wordt vastgelegd: niet-chemische methoden van gewasbescherming, plagenbestrijding en gewasbeheer, zoals bijvoorbeeld gewasrotatie, moeten zoveel mogelijk als alternatief worden gebruikt.
  • Lidstaten nemen nationale actieplannen aan met streefcijfers, maatregelen en tijdsschema's "om de risico's en effecten van pesticidengebruik voor de menselijke gezondheid en het milieu te verminderen". Europarlementsleden hebben hun eisen voor een doelstelling van 50% minder gebruik opgegeven om een compromis met de Raad te bereiken.
  • Het vanuit de lucht besproeien van gewassen wordt in principe verboden; er zijn uitzonderingen mogelijk na goedkeuring door de overheid. Dichtbij bewoonde gebieden mag niet worden gesproeid.
  • Lidstaten moeten maatregelen treffen zodat pesticiden niet worden gebruikt binnen adequate afstanden van afwateringen. Er worden bufferzones gecreerd ter bescherming van waterorganismen en vrije zones voor oppervlakte- en grondwater (dat tot drinkwater dient), waar pesticiden niet gebruikt of opgeslagen mogen worden. Zones langs wegen en spoorwegen moeten ook worden beschermd.
  • Het gebruik van pesticiden wordt verboden of tot een minimum beperkt in gebieden die door het brede publiek of door kwetsbare bevolkingsgroepen worden gebruikt. Daaronder vallen woongebieden, parken, sport- en recreatieterreinen, schoolterreinen en speelplaatsen, maar ook de omgeving van openbare zorgvoorzieningen, zoals ziekenhuizen en revalidatieklinieken.
  • Er komen regels voor de opleiding van gebruikers en verkopers van gewasbeschermingsmiddelen en voor de omgang en de opslag van pesticiden en de uitrusting die voor de besproeiing gebruikt wordt.

De richtlijn moet tegen begin 2011 door de lidstaten ten uitvoer worden gelegd. 

Bron  : Europees Parlement