In Cancún (Mexico) gaat sinds maandag 29 november de zestiende VN-top over klimaatverandering door. Na een week onderhandelen is de toon voorzichtig positief. Alle landen willen een confrontatie vermijden en een evenwichtig pakket van beslissingen bereiken. Toch is het duidelijk dat Cancún geen overkoepelend bindend akkoord zal opleveren.
Na enkele dagen van onderhandelingen is het duidelijk dat alle landendelegaties koste wat kost een confrontatiescenario zoals op de vorige klimaattop in Kopenhagen willen vermijden. De buzzwoorden die steeds terugkomen zijn flexibiliteit, pragmatisme en constructief samenwerken voor een gebalanceerd pakket van beslissingen die de wereld dichter brengen bij een internationaal klimaatakkoord.
Oude knelpunten
Dat neemt niet weg dat enkele ‘oude’ knelpunten de debatten blijven domineren en voor vertraging zorgen: de tegengestelde visies van de ontwikkelingslanden en de ontwikkelde landen, de gespannen relatie tussen China en de VS (de twee grootste uitstoters van broeikasgassen ter wereld, zonder wie een klimaatakkoord geen zin heeft), de ideologische tegenstelling over de nood aan een nieuw Kyoto-protocol, en de economische belangen van de OPEC-landen.
De VN is immers een multilaterale organisatie die enkel met unanimiteit van stemmen kan beslissen.
Aankomst ministers
Na een week van onderhandelen, bevindt de klimaatconferentie zich in een cruciale fase. De ministers van Leefmilieu arriveren van over de hele wereld om tijdens de tweede week van de conferentie de onderhandelingen te leiden. Aangezien België voorzitter is van de Raad van de Europese Unie, zal Vlaams minister van Leefmilieu Joke Schauvliege de EU-delegatie leiden, samen met Europees commissaris Connie Hedegaard.
Aan het einde van de eerste week kon men voor het eerst een verharding van de standpunten voelen, wat een normaal verschijnsel is vlak voor het ministerieel gedeelte. De verschillende partijen willen zich zo beter positioneren en de druk op de ketel wat opvoeren.
Opvolger voor Kyoto
In Cancún is men onder meer op zoek naar een mogelijke opvolger van het Kyoto-protocol. Dat is een internationaal akkoord dat bepaalt hoeveel broeikasgassen landen mogen uitstoten. Tijdens de vorige top in Kopenhagen is die zoektocht gestruikeld over de discussie welke landen doelstellingen opgelegd kregen in het volgende internationaal bindende akkoord.
Al van bij het begin was het duidelijk dat de top in Cancún geen overkoepelend akkoord zou opleveren. Daarom ligt de nadruk meer op technische dossiers die concrete actie mogelijk maken, zoals het tegenhouden van de ontbossing, de ‘snelle start'-financiering van projecten in ontwikkelingslanden of de uitwerking van een Groen Fonds voor de langetermijnfinanciering. Tegelijk zoekt men naar openingen voor een algemeen bindend akkoord dat op de volgende VN-top in Zuid-Afrika gesloten kan worden.
Bron : © Belgisch Voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie