Vlaamse bodem bevat 155 miljoen ton koolstof – sleutel in strijd tegen klimaatverandering

bodemstaal
Terug naar artikeloverzicht

De Vlaamse bodem bevat 155 miljoen ton koolstof. Dat blijkt uit metingen die het Departement Omgeving de afgelopen vier jaar heeft uitgevoerd samen met het Instituut voor Natuur-en Bosonderzoek (INBO) en het Instituut voor Landbouw en Visserij Onderzoek (ILVO). Hoge organische koolstofvoorraden maken onze bodem beter bestand tegen klimaatverandering en zorgen ook dat er minder koolstof, zoals CO2, in de atmosfeer zit. Op die manier spelen ze een cruciale rol in de strijd tegen klimaatverandering.  Om deze positieve effecten te versterken moeten we onze koolstofvoorraden beschermen en nog verhogen. 

Dankzij het Vlaamse bodemmonitoringnetwerk Cmon beschikken we over onafhankelijke, gebiedsdekkende gegevens van organische koolstofvoorraden in de bodem. Tussen 2021 en 2025 werden op een 1000–tal Cmon-meetpunten stalen genomen. Die bevinden zich op gronden met verschillende vormen van landgebruik: akkerland, blijvend grasland, bos, open natuur en onverhard ruimtebeslag (dat is ruimte die door de mens is ingenomen, maar niet is verhard, zoals tuinen of parken). Het volledige areaal onverharde bodems in Vlaanderen blijkt 87 miljoen ton organische koolstof te bevatten in de 0-30 cm bodemlaag, in totaal gaat het om 155 miljoen ton koolstof in de bodemlaag van 0-100 cm.

Waar vinden we de hoogste organische koolstofvoorraden in Vlaanderen?  

Binnen een bepaald landgebruik stijgen de gemiddelde koolstofvoorraden als de meetpunten natter zijn.  Kleibodems bevatten hogere gemiddelde voorraden dan leembodems. Veenbodems zijn vaak echte koolstof-hotspots. De voorraden koolstof die daarin opgeslagen liggen, mogen niet verloren gaan. 

 
landgebruik


Groot potentieel voor akkerland en onverhard ruimtebeslag 

Per hectare bevatten akkers een lagere organische koolstofvoorraad in vergelijking met bodems met een ander landgebruik. Maar in totaal herbergt akkerland wel het grootste aandeel van alle koolstofvoorraad in onverharde bodems, namelijk 33 procent.  Dus hoewel akkerbodems per hectare de laagste koolstofvoorraden bezitten, hebben ze door hun uitgebreide oppervlakte een groot potentieel om de koolstofopslag te verhogen. Dat kan bijvoorbeeld door de juiste gewassen te kiezen.
 

 
landgebruik-2


 Onverhard ruimtebeslag bevat 26% van de organische koolstofvoorraden in Vlaanderen. Bij blijvend grasland is dat 18%, bos 15% en open natuur 8%. Dus ook het beheren van het onverharde ruimtebeslag is belangrijk om de organische koolstofvoorraden in Vlaanderen te beschermen of te verhogen, bijvoorbeeld door het aanplanten van bomen, struiken of hagen.

Koolstofopslag verhogen

155 miljoen ton koolstofopslag mag dan veel lijken, het is nog onvoldoende om onze koolstofuitstoot te compenseren. De netto-opslag van koolstof in Vlaanderen nam af doorheen de tijd, en sinds 2018 is er zelfs netto-uitstoot. Om dit om te buigen zou de totale koolstofopslag van 155 miljoen ton in de bodem dus nog moeten stijgen. Het is daarbij belangrijk om de koolstofvoorraden minstens te beschermen en waar mogelijk te verhogen, bijvoorbeeld  door vernatten, het inpassen van groenbedekkers in de landbouw en het vergroenen van de bebouwde omgeving. 

Een Europese verordening (LULUCF-verordening) legt bindende doelstellingen op aan de EU-lidstaten voor bijkomende koolstofopslag. De Europese Richtlijn Bodemmonitoring en de Europese Natuurherstelverordening zetten aan om het potentieel aan koolstofopslag te monitoren en verder uit te bouwen.  Het Cmon-meetnet vormt de basis voor de diverse Europese rapporteringen.  

Na vier werkjaren zijn op 40 procent van de Cmon-locaties stalen genomen. De komende zes jaar worden de metingen verder gezet.
 
Meer info: Rapport Bodemkoolstofmonitoringnetwerk Cmon-jaarrapport werkjaar 4 (2024–2025)

 

 

Bron: Departement Omgeving, Vlaamse overheid