Brussel, 2 december 2010 – Op vraag van het VBO, het Verbond van Belgische Ondernemingen, werkten Agoria, de federatie voor de technologische industrie, en Febelfin, de Belgische federatie van de financiële sector, een tool uit die banken ondersteunt bij het evalueren en vlotter behandelen van kredietaanvragen voor energiebesparende of groene investeringen. Het gaat om een referentielijst die voor energie-efficiënte basistechnologieën aangeeft welke besparing deze opleveren. Dankzij de lijst kunnen banken inschatten of de vooropgestelde besparingen die leveranciers en ontleners aangeven effectief zullen worden gerealiseerd.
Volgens een studie van McKinsey[1], zullen in de komende 20 jaar ongeveer 30 miljard euro investeringen in energie-efficiëntie nodig zijn in gebouwen en de industrie om de Europese klimaatdoelstellingen voor België te realiseren. De financiële sector berekende dat voor deze investeringen jaarlijks tot 1 à 2 miljard extra financiering nodig zal zijn. Het initiatief van de drie federaties is uniek in zijn soort in Europa en betekent een belangrijke stimulans om groene projecten in gebouwen en industrie te realiseren.
De industrie neemt 36 procent van het totale eindenergieverbruik in ons land voor zijn rekening, huizen en gebouwen samen verbruiken meer dan 35 procent. De zogenaamde tertiaire gebouwen zoals publieke gebouwen, kantoorgebouwen of bijvoorbeeld scholen nemen 11 procent van het totale verbruik voor hun rekening. Volgens McKinsey is het energiebesparingspotentieel in ons land enorm. In onze bedrijfs- en publieke gebouwen kunnen we 48 procent op het energieverbruik besparen, in de industrie is dat 22 procent. Voorbeelden van energie-efficiënte investeringen zijn het plaatsen van nieuwe verwarmingsketels, nieuwe isolatie, de vernieuwing van de verlichting, daglichtsturing, ventilatie, energie-efficiënte motoren, enz.
Met dergelijke energiebesparende maatregelen kunnen bedrijven en overheden op termijn heel wat geld uitsparen. 92% van dit soort investeringen heeft vandaag reeds een positieve opbrengst. Maar deze maatregelen vragen vaak zware investeringen bij de start, investeringen die vaak gefinancierd worden via bancair krediet.
Banken beschikken over voldoende financieringscapaciteit, alleen was het voor hen soms niet eenvoudig om bij kredietaanvragen de besparingsopbrengsten van dergelijke investeringen te beoordelen. Deze evaluatie is nochtans van vitaal belang aangezien kredieten voor energiebesparende investeringen, net omwille van de toekomstige besparing, zichzelf terugverdienen en zodoende een minimale impact hebben op de terugbetalingscapaciteit en andere (geplande) investeringen van de ontlener.
Daarom ontwikkelden Agoria en Febelfin een referentietool die banken helpt om kredietaanvragen voor energie-efficiënte investeringen en de gerelateerde besparingsopbrengsten makkelijker te evalueren. De beschikbaarheid van deze tool maakt dat dergelijke kredietaanvragen ook vlotter behandeld kunnen worden.
De referentietool is samengesteld op basis van wetenschappelijke en technische studies en praktijkervaring van de technologische bedrijven.
Naast de referentietool stellen de federaties eveneens een energieperformantie-contract met garantie ter beschikking waarmee leveranciers en energiedienstbedrijven de energiebesparing ook contractueel kunnen garanderen. Het contract dat wordt gehanteerd is het Agoria model-Escocontract (Energy Service Company) met performantiegarantie.
Het VBO, Agoria en Febelfin roepen ook de gewestoverheden op om hun schouders onder dit initiatief te steken door het toekennen van gewestelijke waarborgen voor kredieten ter financiering van energie-efficiënte investeringen. Daardoor kunnen de kredieten immers goedkoper worden gemaakt en kunnen nog meer publieke instellingen en bedrijven over de streep worden getrokken. Zelf kunnen alle overheden het goede voorbeeld geven door zich te verbinden om in al hun gebouwen 30% minder energie te verbruiken tegen 2020.
Met het oog op het realiseren van de Europese klimaatdoelstellingen voor België, willen de federaties met dit initiatief hun bijdrage leveren aan het groener en energiezuiniger maken van de gebouwen en industrie in ons land.
Thomas Leysen, voorzitter van het VBO: Willen we in 2030 tot één van de meest energie-efficiënte economieën behoren, dan moeten we dringend onze achterstand op dat vlak inhalen. Willen onze bedrijven daarenboven een sleutelrol spelen op de groeimarkten van de toekomst, die zich gezien de klimaatveranderingen situeren in de groene economie, dan moeten ze investeren in nieuwe technologieën. De drempel daarbij blijkt voor onze ondernemingen niet zozeer de motivatie of de expertise te zijn, maar wel de financiering van hun investeringen voor deze nieuwe projecten. De tool die Agoria en Febelfin uitbouwden om groene investeringen te faciliteren, komt dan ook tegemoet aan een prangende nood van onze bedrijfswereld.
Christ’l Joris, voorzitster van Agoria: De grootste energiebesparingen in gebouwen zijn mogelijk in de tertiaire sector: commerciële gebouwen, kantoren, ziekenhuizen, scholen, overheidsgebouwen, ... Dit initiatief zal een boost geven aan investeringen in energiezuinigheid. En zo kan ons land verder uitgroeien tot één van de betere leerlingen in de Europese Unie.
Stefaan Decraene, voorzitter van Febelfin stelt: De Belgische banksector stelt zich op als een groene partner voor het bedrijfsleven. Het is maar normaal dat we samen met de bedrijfswereld naar intelligente groene financieringsoplossingen zoeken. Vandaag is hierin een belangrijk moment. We kijken er naar uit om ecologische maatregelen en investeringen duurzaam en efficiënt te kunnen financieren.
[1] Naar energie-efficiëntie van wereldklasse in België, McKinsey, 2009
Bron : VBO