31/01/2003

Vakbonden willen groener worden

Terug naar artikeloverzicht

ABVV, ACV en ACLVB willen groener worden. In samenwerking met Vlaams minister van Leefmilieu en Landbouw Vera DUA starten de drie vakbonden pilootprojecten om het milieubewustzijn, de milieudeskundigheid en de milieuvaardigheden binnen de vakbonden te vergroten. Voor de projecten 'Milieu en Gezondheid' en 'Ruimtelijke verweving en Milieuhinder' trekt de minister 543.067 euro uit.

Vakbonden zijn vandaag belangrijke partners in het maatschappelijk debat rond het milieubeleid. Zowel bij beleidsvraagstukken met een algemeen maatschappelijk belang als bij discussies rond concrete lokale dossiers spelen zij steeds meer een rol van betekenis.

Om vakbonden en hun leden in staat te stellen om nog meer pro-actief te werken rond milieuthema's, werkte de Vlaamse overheid samen met de drie vakbonden een voorstel uit waarbij de aandacht gaat naar twee deeldomeinen :

1. milieu en gezondheid
De vakbonden worden reeds vele jaren geconfronteerd met de soms nefaste gezondheidseffecten van de activiteiten van sommige bedrijvigheden, maar die band was vaak direct te duiden: een product, effect van een proces. De veel complexere en minder direct zichtbare effecten van een algemene toestand van het leefmilieu op de gezondheid in het algemeen zijn veel minder gekend en behoorden dan ook minder tot het werkveld van de vakbonden. De klassieke syndicale denkpatronen en handelswijzen zijn niet steeds adequaat om deze complexiciteit te vatten en een juist antwoord te bieden.

2. ruimtelijke verweving en milieuhinder
Bedrijven liggen niet op een eiland. Ze zijn ingebed in 'gebieden' waar ook andere maatschappelijke groepen aanspraak op maken, en andere activeiten een plaats willen. Door het gebrek aan ruimte in Vlaanderen en door de fouten in het verleden liggen de verschillende functies (wonen, natuur, werken,.) zeer dicht bij elkaar, wat vaak leidt tot een hindergevoel. Oplossingen voor dergelijke situaties omvatten twee belangrijke elementen: verplichtingen en wettelijke initiatieven enerzijds, praten over het hindergevoel en de bereidheid van alle belanghebbenden om aan oplossingen te werken anderzijds. Het is belangrijk dat werknemers gewapend worden om mogelijke problemen snel te onderkennen, mee in het overleg te treden en samen aan oplossingen te werken.

Om hun rol waar te maken moet in eerste instantie gewerkt worden aan het milieubewustzijn, de milieudeskundigheid en de milieuvaardigheden van een aantal sleutelgroepen binnen de vakbonden. Zij zullen immers de 'dragende krachten' moeten zijn voor het realiseren van de syndicale bijdrage aan het milieubeleid en meer bepaald van de twee bovenvermelde thema's.

Om dit te bereiken is er nood aan vier zaken:
- opbouwen van de kennis rond syndicale aanpakmodellen voor de bedrijfspraktijk en de regionale actie via externe opdrachten en eigen pilootprojecten
- bewustzijn verhogen via verdere sensibilisering van sleutelfiguren enerzijds en van het gehele doelpubliek van de vakbonden anderzijds
- doelgerichte vorming: ondersteuning van de vorming van de sleutelfiguren met betrekking tot de twee thema's
- ondersteuning van syndicale actie van de verschillende doelgroepenniveaus die de syndicale actie in de bedrijfs- en regionale praktijk moeten realiseren.

 De doelstellingen van het project zijn:
- het versterken van de band tussen bedrijfsmilieuzorg en bedrijfsgezondheidszorg, om te beginnen in de pilootbedrijven, maar in de toekomst ook in andere bedrijven, ondermeer via acties in de preventiecomits
- de relatie tussen bedrijfsgezondheidszorg en het lokaal gezondheidsoverleg verbeteren
- bijdragen aan de aanpak van de hinderproblematiek met betrekking tot een concreet bedrijf of bedrijventerrein.

 De verwachte resultaten situeren zich op drie niveaus:
- het realiseren van concrete acties met meetbare resultaten (aantal deelnemers aan studiedagen, vergaderingen, verspreide documentatie.)
- een mentaliteits- en attitudeverandering bij de vakbondsstructuren en hun aanpak: het verder verankeren en bestendigen van milieuwerking binnen de structuren is een proces van lange adem, waaraan het project kan bijdragen
- een mentaliteitsverandering bij alle leden.

De drie vakbonden zullen het project samen en gelijktijdig uitvoeren. Dit komt ondermeer neer op het samen uitbesteden en opvolgen van externe opdrachten en het samen opzetten van grote studiedagen.

Om het project te begeleiden wordt een stuurgroep opgestart. Hierin zetelen vertegenwoordigers van de administratie, de milieubeweging en het kabinet van de minister van Leefmilieu en Landbouw. In elke vakbond wordt een persoon aangeworven die instaat voor de cordinatie en begeleiding van de deelprojecten.

info: Ann Bats, woordvoerder van minister Dua
tel. 02 553 27 99
e-mail: persdienst.dua@vlaanderen.be