Onderwatergeluid is een onderbelichte, maar ernstige bedreiging voor het marien leven. Op 30 maart 2021 stelde vice-eersteminister en minister van Noordzee Vincent Van Quickenborne de resultaten voor van het onderzoek naar de maatregelen die de scheepvaartsector kan nemen om onderwatergeluid te beperken. Hij deed dat voor een internationaal publiek tijdens een webinar georganiseerd door de FOD Volksgezondheid, de FOD Mobiliteit en Vervoer en de Koninklijke Belgische Redersvereniging.
Het onderzoek van studiebureau TNO toont aan dat er een set van mogelijkheden is om de emissie van continu onderwatergeluid aanzienlijk te verminderen: van een beter design van schepen tot een lagere vaarsnelheid. Voor marien leven, van garnaal tot walvis, zou dit een wereld van verschil zijn. Bovendien zouden veel van deze maatregelen ook op andere vlakken voordelig zijn. Ze kunnen immers naast het onderwatergeluid ook het energieverbruik en de emissie van luchtvervuiling van het schip verminderen.
Een ernstig probleem
Geluidshinder is een ernstiger probleem dan algemeen wordt aangenomen. Volgens de Wereldgezondheidsorganisatie is geluidshinder, na luchtvervuiling, de grootste bedreiging voor de menselijke gezondheid. Net zoals bij de mens heeft geluidsoverlast ook een grote impact op het marien leven: meer dan 150 soorten worden hierdoor bedreigd. Het verstoort vooral de interactie tussen individuen zoals tussen prooi en predator, en de voortplanting. Gebrek aan communicatie maakt dat dieren “ondermaats” presteren.
Op alle soorten van marien leven zijn effecten waargenomen en de impact varieert per soort. Ongewervelden zoals mosselen hebben onder andere een lagere groeisnelheid, een hoger metabolisme, een hoger zuurstofverbruik en meer DNA-schade. Vissen vertonen verstoorde eetpatronen, vormen kleinere scholen en hebben minder nakomelingen. Ze worden ook makkelijker gevangen door andere dieren waardoor er minder volwassen exemplaren zijn. Zeezoogdieren interageren het meest via geluid en worden het vaakst bestudeerd. Sommige soorten zoals de blauwe vinvis passen hun zangpatroon aan om boven het geluid van het schip uit te komen. Maar dit aanpassingsgedrag kost energie. Ook zeezoogdieren zullen door onderwatergeluid minder succesvol foerageren (voedsel zoeken en opnemen), voor spitssnuitdolfijnen bijvoorbeeld is dat een vermindering van meer dan 50%.
Focus op continu onderwatergeluid
Er zijn veel bronnen van onderwatergeluid, zowel van natuurlijke oorsprong als door menselijke activiteiten. In een milieu-analyse ervan wordt onderscheid gemaakt tussen de impact van acuut geluid dat heel sterk is en beperkt in de tijd (zoals een ontploffing of het heien van windmolenpalen) en achtergrondgeluid dat continu duurt. Het onderzoek van studiebureau TNO op vraag van de FOD Volksgezondheid richt zich op het continue achtergrondgeluid, waarvan de scheepvaart één van de grootste bronnen is. Omdat de respons van dieren op onderwatergeluid zo verschillend is, is er nog geen wetenschappelijke consensus over een aanvaardbaar geluidsniveau en binnen welke frequentiebanden men moet werken. Ook zonder normering is wel al gekend dat elke daling van onderwatergeluid, hoe beperkt ook, al een groot verschil betekent voor verschillende diersoorten omdat het de continue stress vermindert. Een school vissen zal bijvoorbeeld met een daling van 6 dB 8 maal meer ruimte krijgen om te communiceren.
Verschillende soorten oplossingen
Het onderzoek toont aan dat elk schip een set van mogelijkheden heeft om zijn geluidsemissies te verlagen en hierdoor ook andere schadelijke emissies (CO2, NOX, SOX, PM of fijn stof) kan verminderen. De voorgestelde maatregelen hebben een impact op de geluidsproductie van de schroef en de weerstand van het schip. Het gaat onder meer om een beter design van de romp en het verminderen van de weerstand door een beter onderhoud van de scheepsromp en scheepsschroef. De winst die gehaald kan worden bij deze individuele maatregelen is sterk variabel per schip en moet case per case bekeken worden.
Collectieve maatregelen kunnen ook bijdragen. Het onderzoek geeft aan dat het verminderen van de snelheid van schepen in de Noordzee tot 75% van hun ontwerpsnelheid een flinke vermindering van geluid en emissies oplevert. Een aanzienlijke vermindering van CO2 (10%), NOX (11%), SOX (10%), PM10 (10%) gaat samen met een vermindering van het onderwatergeluid met 1 tot 4 dB. Dit lijkt een beperkt effect maar decibel is een logaritmische schaal, waardoor 1 tot 4 dB minder achtergrondlawaai kan resulteren in een toename van het communicatiebereik of de afstand tot waar dieren een geluid kunnen waarnemen met ruwweg 20 tot 40%. Dit is een modellering om het potentieel aan te tonen binnen de Noordzee, één van de drukst bevaren scheepsroutes ter wereld.
Vice-eersteminister en minister van Noordzee Vincent Van Quickenborne: “Het bijzondere aan dit onderzoek is dat niet alleen gefocust wordt op onderwatergeluid, maar ook op de vermindering van CO2-uitstoot en emissie van NOX, SOX en fijn stof. Hiermee worden twee milieudoelstellingen, klimaatverandering en luchtvervuiling, aangepakt waar de scheepvaart op dit moment sterk op inzet. In het kader van mijn Noordzeebeleid wil ik hiermee verder aan de slag samen met de sector. België speelt hierin op internationaal niveau een voortrekkersrol en wil nauw samenwerken met de sector, internationale partners (zoals Canada) en ngo’s (Oceancare en IFAW). Onze ambitie is om de CO2-uitstoot te verminderen met 55% tegen 2030. Tegen 2050 streven we naar zero emissions. Ook inzake de reductie van onderwatergeluid moeten we ambitieus zijn.”
Meer informatie:
Raadpleeg de studies (volledige studies in het Engels – samenvatting in het Nederlands en Frans):
- de studie over het verminderen van emissies en onderwatergeluid van scheepvaart
- de studie over een ‘slow steaming’-scenario voor het Noordzeegebied
Bekijk de presentaties van het webinar ‘Scheepvaart en onderwatergeluid’
Bron: © Federale Overheidsdienst (FOD) Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu