17/12/2012

Nieuwe regels inzake schonere scheepsbrandstoffen zullen gezondheidsvoordelen opleveren

Terug naar artikeloverzicht

De nieuwe milieuregels inzake scheepsbrandstoffen die vandaag in werking treden, zullen de luchtverontreiniging en de daarmee gepaard gaande gezondheidseffecten aanzienlijk verminderen. Luchtverontreiniging door de zeescheepvaart verspreidt zich over lange afstanden en draagt daardoor in toenemende mate bij tot luchtkwaliteitsproblemen in veel Europese steden. Indien maatregelen uitblijven, zullen de zwavelemissies van de scheepvaart in de zeegebieden van de EU tegen 2020 die van alle bronnen aan land overstijgen. Door de zwavelemissies en, belangrijker nog, fijn stof terug te dringen, zal de herziene wetgeving deze trend een halt toeroepen en zo een duidelijke stap voorwaarts betekenen voor de bescherming van de gezondheid van de mens en het milieu.

Vicevoorzitter van de Europese Commissie Siim Kallas: "Europa ligt nu op koers om de in 2008 door haar lidstaten in de IMO unaniem goedgekeurde verbintenissen uit te voeren. We zijn ons bewust van de nalevingskosten voor het bedrijfsleven en we willen deze dan ook zo laag mogelijk houden met het "duurzaam instrumentarium voor vervoer over water", dat in september 2011 is voorgesteld".

Milieucommissaris Janez Potočnik: "Het verbeteren van de luchtkwaliteit vormt al geruime tijd een ecologische uitdaging. Het heeft lang geduurd, maar nu is de maritieme sector eindelijk betrokken. De grote winnaars zijn de Europese burgers, die schonere lucht zullen inademen en een gezonder leven zullen leiden en de industrie, die schone brandstoffen en technologie zal leveren".

De normen die door de internationale maritieme organisatie (IMO) zijn ontwikkeld, hebben als richtsnoer gediend voor de richtlijn die vandaag in werking treedt. Ze verlaagt het maximale zwavelgehalte van scheepsbrandstoffen van de huidige 3,5 % tot 0,5 % tegen januari 2020. In sommige erg kwetsbare ecosystemen zoals de Baltische Zee en de Noordzee, met inbegrip van het Kanaal, wordt het maximale zwavelgehalte al in 2015 tot 0,1 % verlaagd.

Bij wijze van alternatief voor laagzwavelige brandstoffen kunnen schepen opteren voor gelijkwaardige nalevingsmethoden zoals systemen voor de reiniging van uitlaatgassen of met LNG gestookte schepen. In het kader van bestaande EU-financieringsinstrumenten voor vervoer zoals het TEN-T- en het Marco Polo-programma alsook door de Europese Investeringsbank (EIB) wordt financiële steun gegeven voor groene scheepvaartprojecten. Voorts heeft de Commissie activiteiten opgezet ter bevordering van het gebruik van LNG als scheepsbrandstof. In de context van het duurzaam instrumentarium voor vervoer over water zal zij in samenwerking met het bedrijfsleven en de lidstaten ook middellange- en langetermijnmaatregelen ter bevordering van groene scheepstechnologie, alternatieve brandstoffen en de ontwikkeling van groene vervoersinfrastructuur blijven nemen.

Deze richtlijn vormt het laatste onderdeel van het EU-beleidskader inzake luchtverontreiniging, dat de voorbije dertig jaar is ontwikkeld. De Europese Commissie voert momenteel een uitgebreide toetsing van het beleidskader uit teneinde het in 2013 te actualiseren.

Volgende stappen

Uiterlijk op 18 juni 2014 moeten de lidstaten hun bestaande wetgeving inzake de kwaliteit van scheepsbrandstoffen wijzigingen om deze in overeenstemming te brengen met de nieuwe richtlijn. De richtlijn biedt rechtszekerheid voor de nodige investeringen door scheepseigenaren, havenexploitanten en raffinaderijen.

Met ingang van 2015 wordt de lidstaten verzocht te waarborgen dat schepen in de Baltische Zee en de Noordzee, met inbegrip van het Kanaal, brandstoffen met een zwavelgehalte van niet meer dan 0,10 % gebruiken. Gelijkwaardige nalevingsmethoden zoals systemen voor de reiniging van uitlaatgassen, worden ook aanvaard.

Vanaf 2020 moeten schepen die actief zijn in alle andere Europese zeegebieden brandstoffen met een zwavelgehalte van minder dan 0,50 % gebruiken.

Achtergrond

Van oudsher wordt zware stookolie gebruikt voor de aandrijving van schepen. Het zwavelgehalte van zware stookolie kan tot 5 % bedragen. Ter vergelijking: het zwavelgehalte van brandstoffen die worden gebruikt voor vrachtwagens of personenwagens mag niet meer dan 0,001 % bedragen.

Zwaveldioxide-emissies veroorzaken zure regen en fijn stof. Dit stof vormt een gevaar voor de volksgezondheid: het veroorzaakt ademhalings- en hartzieken en de levensverwachting in de EU wordt er met wel twee jaar door verlaagd.

Nadere informatie:

http://ec.europa.eu/environment/air/transport/ships.htm

http://ec.europa.eu/environment/air/transport/ships_proposal.htm

Bron : © Europese Unie, 1995-2012