De jaarlijkse Klimaat- en Energieverkenning wordt voorgeschreven door de Klimaatwet en is een verantwoordings- en monitoringsinstrument voor het Nederlandse klimaat- en energiebeleid. De broeikasgasuitstoot in Nederland daalt mogelijk met 46 tot 57 procent in 2030 ten opzichte van 1990. Daarmee is het wettelijke klimaatdoel van 55 procent reductie voor het eerst in zicht.
Klimaatdoel 2030 voor het eerst in zicht; snelle en ambitieuze uitwerking plannen cruciaal
Met de plannen in de Voorjaarsnota Klimaat zet het inmiddels demissionaire kabinet een belangrijke stap vooruit op weg naar realisatie van 55 procent minder broeikasgasuitstoot in 2030, vergeleken met 1990. Nederlandse en Europese plannen die concreet genoeg zijn voor een effectschatting zorgen voor 5 procentpunt extra emissiereductie ten opzichte van de raming van vorig jaar. Zo is een reductie van 46 tot 57 procent mogelijk. Maar om de bovenkant van deze bandbreedte aan te tikken en dus het doel te halen moet alles meezitten, ook niet-stuurbare factoren zoals weer en elektriciteitsimport.
Zonder concretisering geen effect
Van de klimaatplannen die niet concreet genoeg zijn voor een effectinschatting verwachtte het kabinet in de Voorjaarsnota 10 megaton CO2-equivalenten (ruim 4 procentpunt) extra emissiereductie. Als ook deze plannen op tijd, concreet en maximaal worden uitgewerkt komt het klimaatdoel van 55 procent emissiereductie in 2030 met meer zekerheid binnen bereik. De speelruimte tot 2030 is zeer beperkt. Voor veel maatregelen moeten ook de juiste randvoorwaarden worden geschapen. Daarvoor is flankerend beleid nodig: aanpassing van wet- en regelgeving en handhaving daarvan, en snellere vergunningverlening voor de aanleg van de benodigde energie-infrastructuur die al gepland is. Ook moet er voldoende geschoold personeel zijn voor de uitvoering van plannen.
Energiebesparing vraagt extra inzet; aandeel hernieuwbare energie stijgt flink
Nederland ligt nog niet op koers om in 2030 alle eerder dit jaar aangescherpte Europese doelen voor energiebesparing te halen. Tegelijk stijgt door de plannen in de Voorjaarsnota Klimaat het aandeel hernieuwbare energie in het finale energieverbruik flink. Daardoor komt het eveneens aangescherpte doel voor hernieuwbare energie in zicht.
Iets andere KEV dan andere jaren
De KEV 2023 actualiseert de ramingen uit de KEV 2022 op hoofdlijnen en presenteert één nieuwe raming voor broeikasgasemissies voor 2030. Die omvat zowel concreet uitgewerkt beleid (vastgesteld en voorgenomen) als nog niet volledig uitgewerkte plannen (geagendeerd beleid). De KEV 2023 verscheen in twee delen. Op Prinsjesdag verscheen een eerste deel met ramingen voor broeikasgasemissies. Op 26 oktober verscheen de volledige KEV met daarin ook ramingen voor energiebesparing en hernieuwbare energie.
Voor geïnteresseerden is een getallenbijlage gemaakt met daarin statistische (historische) gegevens over de broeikasgasemissies en het bijbehorend energieverbruik.
Download het rapport (PDF, 5 MB)
Bron : Planbureau voor de Leefomgeving (PBL)