Van Weert wil niet enkel goed, maar ook duurzaam bestuur
Brussel - 19 januari 2007. Voorstellen die binnenkort aan de ministerraad worden voorgelegd, zullen eerst een duurzaamheidstest moeten ondergaan. Dat heeft de ministerraad vanmorgen beslist.
De duurzaamheidstest is een initiatief van staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling Els Van Weert. De test moet nagaan welke de economische, ecologische en sociale gevolgen zijn van een beleidsbeslissing. Op die manier wil Els Van Weert komen tot een duurzamer en meer doordacht beleid, dat rekening houdt met de huidige n toekomstige generaties.
Els Van Weert: "Goed bestuur is voor beleidsmakers een evidentie. Met deze duurzaamheidstest wil ik ervoor zorgen dat ook duurzaam bestuur een even grote vanzelfsprekendheid wordt. Zoals de Kafkatest nagaat wat de gevolgen zijn van een beslissing op administratief vlak, wil de duurzaamheidstest uitpluizen wat de impact is van een voorstel op onze huidige leefomstandigheden en die van de volgende generaties. Die informatie kan ons helpen om keer op keer de meest duurzame weg in te slaan."
Van Weert geeft aan dat een dossier zoals dat van de invoering van de stookoliecheques er wellicht helemaal anders had uitgezien als het vooraf een duurzaamheidstest had ondergaan. Als men toen niet enkel rekening had gehouden met de economische en sociale, maar ook met de ecologische effecten van dat voorstel, was er wellicht een andere uitkomst. Ook het Generatiepact was een ideaal dossier geweest om de duurzaamheidstest op toe te passen.
Concreet zal elk voorstel dat geagendeerd wordt op de ministerraad vergezeld moeten worden van een duurzaamheidstestformulier. Dat formulier geeft de resultaten van de test weer f motiveert waarom er geen duurzaamheidstest werd uitgevoerd (bv. bij louter formele beslissingen zoals individuele benoemingen).
De federale administraties en kabinetten die de test moeten uitvoeren, krijgen een vorming, en zullen terecht kunnen bij een helpdesk om de test correct in te vullen.
De duurzaamheidstest wordt meteen al ingevoerd na de krokusvakantie.
Bron : Persmededeling Els Van Weert