12/06/2006

Milieuonderzoeken belangrijk voor de verdere ontwikkeling en welvaart van de haven van Antwerpen en zijn omgeving

Terug naar artikeloverzicht

De economische ontwikkeling in het havengebied van Antwerpen zal gebeuren met respect voor de leefbaarheid van de dorpen in de omgeving, met aandacht voor de landbouw en met garantie voor het behoud en de ontwikkeling van de natuurwaarden in het gebied. Dat hebben Kris Peeters, Vlaams minister van Openbare Werken, Camille Paulus, de gouverneur van de provincie Antwerpen, Andr Denys, de gouverneur van de provincie Oost-Vlaanderen en de betrokken burgemeesters respectievelijk op 31 mei in Stabroek en op 8 juni in Beveren verduidelijkt aan de bevolking.

Voor de Vlaamse Regering (cf. Regeerakkoord) is een duurzame en economisch verantwoorde toegankelijkheid van de zeehavens een hoge prioriteit. Voor elke haven in Vlaanderen wordt dan ook een strategisch plan en een ruimtelijk uitvoeringsplan opgemaakt. Een strategisch plan is altijd onderworpen aan een planmilieueffectrapport (Plan-MER).

Van 17 mei tot 17 juni kan iedereen zijn mening geven over het kennisgevingsdossier 'Plan-MER voor de Haven van Antwerpen' waarin voorlopige scenario's zijn voorgesteld die moeten leiden tot de opmaak van een effectief Planmilieueffectrapport (Plan-MER). Het Plan-MER zal voorstellen bevatten voor het begeleiden, het milderen of het compenseren van negatieve effecten op het milieu in de regio en onderzoekt scenario's met de bedoeling de beleidsbeslissingen rond de haven te onderbouwen. Het Plan-MER wordt meegenomen in het Strategisch Plan voor de Haven van Antwerpen, maar zal vooral input leveren voor de afbakening van het havengebied via een Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan.

Intussen zijn zowel voor Linker- als Rechterscheldeoever achtergrondstudies uitgevoerd en principes vastgelegd waarbij reeds rekening werd gehouden met effecten op het milieu. Voor de strategische planning op Linker- en Rechterscheldeoever samen is een eerste integratieoefening gebeurd. Het resultaat daarvan is het basisdocument dat ook als input dient voor de opmaak van het plan-MER. Uit de integratieoefening is het 'Ontwerp Strategisch Plan voor de Haven van Antwerpen' ontstaan.

Het Ontwerp Strategisch Plan voor de Haven van Antwerpen (SPHA) beoogt de ontwikkeling van Linker- en Rechterscheldeoever als n ruimtelijk en functioneel samenhangend systeem met meerdere functies, waarbinnen de zeehavenactiviteiten een zeer belangrijke functie vervullen. Maar even belangrijk blijft het respect voor de leefbaarheid van de dorpen in de omgeving, het behoud en de ontwikkeling van de natuurwaarden en waarden van andere sectoren waaronder landbouw en mobiliteit die mee in rekening zullen worden gebracht.

Het SPHA spoort met twee andere belangrijke planprocessen: de Ontwikkelingsschets 2010 voor het Schelde-estuarium en het geactualiseerde Sigmaplan. De drie planprocessen verschillen in timing en in finaliteit, maar houden wel verband met elkaar en worden op elkaar afgestemd.

Op Linkerscheldeoever start momenteel trouwens een noodzakelijk project: Hedwige- Prosperpolder (HPP) dat invulling geeft aan het luik natuurlijkheid van de Ontwikkelingsschets 2010, het Sigmaplan en de invulling van natuurwaarden waarmee ook rekening wordt gehouden in het Strategisch Plan voor de Haven van Antwerpen. Dit project is noodzakelijk om toe te laten de verdieping te realiseren.

Het kennisgevingsdossier: scenario's voor ontwikkeling en onderzoek naar effecten

In het kennisgevingsdossier zijn verschillende scenario's gedefinieerd. De scenario's verschillen van elkaar, bieden een fundamenteel ander toekomstperspectief en houden een verschillend ruimtebeslag in. Voor alle scenario's is de termijn waarop de effecten bekeken worden 2030. Kernidee is de economisch wenselijke havenuitbouw zo maximaal mogelijk plaats te laten grijpen, binnen de grenzen van leefbaarheid en de inpassing in de omgeving. De scenario's zijn n van de punten waarop in de lopende inspraakprocedure input kan geleverd worden naar optimalisatie ervan en van de varianten.

Onderzoek naar scenario's

Concreet zijn er drie hoofdscenario's met een aantal varianten :

  • een nulscenario: alleen uitvoeren wat nu al beslist is,
  • het scenario A: geen grote ruimtelijke uitbreidingen meer na het Deurganckdok,
  • het scenario B: uitbreiding van de haven met 3 varianten.
    Bovendien wordt er ook nog rekening gehouden met variatie in de economische groei (hoog of laag).

In het kader van het onderzoek worden de effecten in functie van de vooropgestelde doelstellingen onderzocht. Het gaat achtereenvolgens over de mobiliteitseffecten, de milieueffecten sensu stricto, de ecologische effecten en de financile aspecten.

Krachtlijnen voor leefbaarheid binnen de havenontwikkeling

En van de pijlers die voor het Plan-MER onderzocht wordt, is 'leefbaarheid'. De leefbaarheid van de huidige woonkernen van Zandvliet, Berendrecht, Stabroek,Hoevenen, Zwijndrecht, Kallo, Verrebroek en Kieldrecht dient minstens behouden te blijven op hetzelfde peil als vandaag en waar nodig versterkt. Het sociaal-economisch draagvlak van Kallo en Kieldrecht dient hersteld te worden. De randvoorwaarde van leefbaarheid dient voor de woongehuchten Prosperpolder en Ouden Doel rekening te houden met de natuurinrichtingsprojecten in het kader van de Ontwikkelingsschets 2010 en van de Achtergrondnota Natuur en de invloed ervan op de leefbaarheid en functie van Ouden Doel.

Krachtlijnen/flankerend beleid voor de landbouw

De overheid wil de impact op de landbouw draaglijk maken door zowel op gebiedsniveau als op bedrijfsniveau maatregelen te treffen. Uiteindelijke doelstelling is het creren van meer rechtszekerheid voor de landbouwer en een consequente en kwaliteitsvolle uitvoering bij het nemen van maatregelen o.m. de lokale grondenbank als alternatief voor onteigeningen, behoud van het arbeidsinkomen voor de betrokken landbouwers en gepaste vergoedingen en goede sociale begeleidingsplannen.

Wat nu verder?

Tussen 17 mei en 17 juni loopt de inspraakprocedure op het Plan-MER en kan ingesproken worden op de verschillende scenario's die in het plan moeten bestudeerd worden, de belangrijkste effecten die ermee samen hangen en dus zeker moeten bestudeerd worden en de manier (methodologie) waarop de effecten bestudeerd worden.

De opmerkingen en standpunten die geformuleerd worden moeten formeel en schriftelijk gebeuren, zie : www.mervlaanderen.be of bel(gratis) de Vlaamse Infolijn, 0800 3 02 01.

Na de inspraakperiode maakt de cel MER van het Departement Leefmilieu, Natuur en Energie de richtlijnen op die bepalend zijn voor het opstellen van de Plan-MER (17 juni 15 aug). Het opstellen van het milieueffectrapport dient klaar te zijn op 15 april 2007. De beoordeling door de cel MER gebeurt tussen 15 april 15 juni 2007. De milieueffectrapportage vormt input voor de afbakening van het havengebied via een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

Bron : Kabinet van minister Kris Peeters - Vlaams minister van openbare werken, energie, leefmilieu en natuur

________________________________

Extra info :