23/01/2024

Hoog tijd voor een EU Resources Law?

Circular_Economy_recycle_reuse_green
Terug naar artikeloverzicht

In december 2023 publiceerde de OVAM de studie The missing piece of the EU Green Deal: The case for an EU resources law, uitgevoerd door Tulip Consulting. 

De studie start met de vraag of een EU Resources Law nodig is. Ze stelt vier belangrijke redenen vast: 

  • De overconsumptie van de EU. De Europese materialenvoetafdruk was in 2021 het dubbele van het duurzame consumptieniveau. Daardoor overschrijdt de EU maar liefst vijf van de negen planetaire grenzen.
  • De nood aan een coherente aanpak op EU-niveau. Omwille van de groene transitie wordt een enorme stijging verwacht in de vraag naar materialen. Door decarbonisatie en dematerialisatie coherent aan te pakken, kunnen onbedoelde negatieve effecten vermeden worden.
  • Momentum. Hoewel het nog een blinde vlek was bij de opmaak van de Europese Green Deal, lijkt er vandaag een groeiend bewustzijn te zijn voor een vermindering van materiële hulpbronnen, als cruciaal onderdeel van de milieuagenda van de EU.
  • De tekortkomingen van het Circular Economy Action Plan (CEAP). Het CEAP stelde in 2020 vier overkoepelende doelstellingen:
    • De overgang versnellen naar een regeneratief groeimodel dat de planeet meer teruggeeft dan neemt
    • Het verbruik van hulpbronnen binnen de grenzen van de planeet houden
    • De consumptievoetafdruk van de EU verkleinen
    • Het circulaire materiaalgebruik in het komende decennium verdubbelen.

      35 kernacties moeten helpen om die doelstellingen te behalen. Het overgrote deel ervan richt zich echter op de onderste treden van de afvalhiërarchie, waardoor de focus niet ligt op een maximale beperking van de behoefte aan producten of hulpbronnen via een beter systeemontwerp.
Werk aan de winkel volgens het EMA-voortgangsrapport van 2023

Dat die 35 acties van het CEAP niet voldoende zijn, blijkt ook uit het eerste jaarlijkse voortgangsrapport van het achtste EAP (milieuactieplan), dat in 2022 werd aangenomen als overkoepelend kader voor het EU-milieubeleid tot 2030. Het voortgangsrapport dat het Europees Milieuagentschap (EMA) publiceerde in december 2023, evalueert de vooruitgang richting de negen 2030-doelstellingen aan de hand van 28 indicatoren. Het rapport concludeert dat het voor meerdere doelstellingen, die ook van invloed zijn op de doelstellingen van het CEAP, zeer twijfelachtig is of ze gehaald zullen worden als er niets verandert. Zo toont het rapport dat er voorlopig geen daling in materialenconsumptie is en dat projecties zelfs net wijzen op een consumptiestijging. Ook de materialenvoetafdruk lijkt niet te dalen. De vooropgestelde verdubbeling van het circulaire materiaalgebruik kan enkel gehaald worden als de snelheid van de progressie in het afgelopen jaar verzesvoudigt. En de consumptievoetafdruk zal volgens de prognose alleen maar toenemen. Willen we terug op koers geraken, dan zijn er volgens het EMA aanzienlijke inspanningen nodig om de consumptie en extractie van materialen te verminderen. Een verdere en snellere evolutie naar een circulaire economie is noodzakelijk, met oog voor afvalpreventie en recyclage, goederen en diensten die minder materiaal nodig hebben en meer propere en veilige producten. 
 


Tijd voor een EU Resources Law

Wat is er nodig om wel de nodige vooruitgang te boeken? De studie verkent de piste van een Europese Resources Law. Ze onderzoekt hoe die eruit kan zien door een parallel te trekken met de klimaatwet en te reflecteren over de kansen en uitdagingen waarmee EU-lidstaten worden geconfronteerd. Op basis daarvan beveelt de studie aan dat een Resources Law op zijn minst het volgende moet bevatten:

  • Een juridisch bindend streefcijfer
  • Een onafhankelijke raad van wetenschappelijke adviseurs
  • Materiaal-/sectorspecifieke doelstellingen 
  • Specifieke indicatoren
  • Nationale plannen van alle EU-lidstaten 
  • Een uitvoeringspakket

De studie behandelt ook hoe zo’n Resources Law institutioneel verankerd kan worden, wat de internationale implicaties van zo’n wet kunnen zijn en hoe die transitie rechtvaardig aangepakt kan worden.

Benieuwd naar meer? Download de studie hier

 

 

Bron:  Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij, Vlaamse overheid