De Vlaamse Milieu-inspectie geeft opdracht aan de Vlaamse Instelling voor
Technologisch Onderzoek (VITO) te Mol om de geurproblematiek in en rond het bedrijf Wattex te Buggenhout te onderzoeken.
In het verleden was het polyesterverwerkend bedrijf Wattex de oorzaak van
aanhoudende milieuklachten door omwonenden. De klachten die de Vlaamse Milieu-inspectie ontving gingen in hoofdzaak over verhoogde formaldehydeemissies, die irritatie van de ademhalingswegen bij buurtbewoners veroorzaakten, en over geurhinder.
Ter beperking van de formaldehyde-emissies werd in april van dit jaar, onder
druk van de Vlaamse Milieu-inspectie, door het bedrijf een rookgaszuiveringsinstallatie geplaatst en in gebruik genomen. Sindsdien werden bij de maandelijkse emissiemetingen in het kader van de zelfcontrole van het bedrijf geen inbreuken op de formaldehydenorm meer vastgesteld.
Ook de geur in de omgeving van het bedrijf is gevoelig afgenomen sinds de
ingebruikname van de filterinstallatie. Dit werd de voorbije maanden meermaals vastgesteld door de inspecteurs van de Vlaamse Milieu-inspectie en verschillende keren bevestigd door klagers uit de omgeving.
Desondanks ontvangen zowel de Milieu-inspectie als de gemeente Buggenhout
op bepaalde momenten en bij ongunstige weersomstandigheden toch nog geurklachten van buurtbewoners, zij het in veel mindere mate dan voorheen.
Om definitief uitsluitsel te krijgen over de aard, de ernst en de omvang
van de geur, heeft de Vlaamse Milieu-inspectie beslist een diepgaand en
uitgebreid geuronderzoek te laten uitvoeren in en rond het bedrijf Wattex.
De geurstudie zal in opdracht van en in samenspraak met de Vlaamse Milieuinspectie worden uitgevoerd door de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek. Het onderzoek start met een vergadering op 14 januari waarop ook de milieuambtenaar van de gemeente Buggenhout werd uitgenodigd. Het rapport moet klaar zijn tegen 1 juni 2004.
Aan de hand van deze studie zal nagegaan worden wat de geurimpact is van het bedrijf Wattex op de omgeving. Aan minstens 50 buurtbewoners zal gevraagd worden om drie maanden lang een geurdagboek bij te houden waarin ze driemaal daags op vaste uren hun bevindingen noteren. De deelnemers zullen in samenspraak met de gemeente Buggenhout worden geselecteerd op basis van een aantal criteria: ze moeten binnen een afstand van 2 km van Wattex wonen, voldoende lang in de buurt wonen, een representatief aantal uren van de dag thuis zijn, niet rechtstreeks betrokken zijn bij milieu-actiegroepen of bij het bedrijf en voldoende gemotiveerd zijn. Daarnaast zullen teams van de VITO en de Vlaamse Milieu-inspectie 20 snuffelmetingen uitvoeren in de wijde omgeving van het bedrijf om informatie te verzamelen over aard, intensiteit, frequentie en reikwijdte van de waargenomen geur. Deze informatie en de gegevens uit de geurdagboeken zullen door de VITO worden verwerkt en op kaart gezet.
Een tweede deel van het onderzoek moet een antwoord geven op de vraag hoe de geuremissies van Wattex maximaal kunnen worden gereduceerd of voorkomen.
Daarom zal het bedrijf eerst volledig doorgelicht worden op zoek naar alle
mogelijke geurbronnen. Op alle gevonden geuremissiepunten zullen geurmetingen gebeuren. Deze laten toe te bepalen welke geurconcentratie het bedrijf in de omgeving kan veroorzaken. Op basis van alle beschikbare meetgegevens zullen de meest geschikte geurbestrijdende maatregelen worden voorgesteld.
Indien uit de studie zou blijken dat de waargenomen geur in de omgeving van
het bedrijf Wattex een voor de omwonenden onaanvaardbaar hinderniveau overstijgt zal de Vlaamse Milieu-inspectie niet nalaten de nodige bijkomende
geursaneringsmaatregelen aan het bedrijf Wattex op te leggen.
Voor bijkomende informatie kan contact worden opgenomen met
Dr. Sc. R. Baert, afdelingshoofd Milieu-inspectie tel. 02-553 81 83
bron : persberichten afdeling Milieu-inspectie