07/11/2007

Derogatie: geloof in Vlaamse Landbouw door gunstig advies Europees nitraatcomit

Terug naar artikeloverzicht

In de zitting van vandaag 6 november heeft het Europees Nitraatcomit het ontwerp van beschikking van de Europese Commissie gunstig geadviseerd voor de toekenning van een derogatie aan het Vlaamse Gewest in het kader van de Nitraatrichtlijn.

Vlaams minister-president Kris Peeters en Vlaams minister Hilde Crevits zijn zeer verheugd over deze beslissing, die toekomstperspectief biedt aan de Vlaamse landbouw en roepen de landbouwsector op om samen de grootst mogelijke inspanning te doen om de waterkwaliteit nog te verbeteren.

Op 28 november 2005 heeft de Europese Commissie beslist dat Vlaanderen volledig als kwetsbaar gebied moet aangeduid worden. Vlaanderen is volledig als kwetsbaar gebied  aangeduid in het nieuw Mestdecreet van 22 december 2006. Het Mestdecreet is de implementatie van de nitraatrichtlijn en van het Vlaamse Actieprogramma 2007-2010 dat onderhandeld werd met de Europese Commissie. 

Voor dierlijke mest is volgens de Europese nitraatrichtlijn de bemestingsnorm maximaal 170 kg stikstof per ha en per jaar.
De nitraatrichtlijn laat toe dat Europese Lidstaten een afwijking of derogatie vragen op de bemestingsnorm van 170 kg stikstof per ha en per jaar. Dergelijke aanvraag kan gebeuren voor gewassen met lange groeiperiode en voor gewassen met hoge stikstofopname.
Minister-president Peeters, die in zijn hoedanigheid als minister van leefmilieu de besprekingen met de Commissie heeft opgestart, stelt, samen met zijn collega Hilde Crevits, zeer verheugd te zijn met de beslissing van vandaag die immers het sluitstuk vormt van de gevoerde onderhandelingen.

Verschillende Europese Lidstaten hebben reeds dergelijke derogatie gekregen onder andere Oostenrijk, Nederland, Ierland, Noord-Ierland (Groot-Britanni), Walloni (Belgi), Denemarken.

Vlaanderen had ook zo'n derogatie aangevraagd waarbij, nieuw in Europa, een perceelsgewijze benadering werd voorgesteld. De derogatie, die nu gunstig geadviseerd is, betreft volgende gewassen:

  • het opbrengen van maximaal 250 kg stikstof per ha en per jaar op percelen met gras en mas met gras als ondervrucht en;
  • het opbrengen van maximaal 200 kg stikstof per ha en per jaar op percelen met wintertarwe gevolgd door een tussengewas en bieten.

De volgende soorten van dierlijke mest zullen in aanmerking komen voor de derogatie:

  • de dierlijke mest van graasvee, namelijk runderen (met uitzondering van mestkalveren), schapen geiten en paarden,
  • verwerkte mest, namelijk de dunne fractie van varkensmest.

Het Vlaamse Actieprogramma nitraatrichtlijn 2007-2010 en het derogatieverzoek werden opgesteld onder de wetenschappelijke begeleiding van de bodemdeskundigen van de universiteiten van Gent en Leuven, die ook in het verleden het mestbeleid gestalte hebben gegeven. Een sterk dossier kon op basis van hun bevindingen worden voorgelegd tijdens ettelijke vergaderingen met de Europese Commissie en in de schoot van het Nitraatcomit. De Europese Commissie kan nu het dossier van het Vlaamse derogatieverzoek afronden.

De Europese Commissie heeft haar Beschikking tot derogatie, zoals de nitraatrichtlijn voorschrijft, op 6 november 2007 voorgelegd aan het advies van het Nitraatcomit. Het Nitraatcomit is samengesteld uit vertegenwoordigers van de lidstaten die beslissen bij gewogen stemming. Het Nitraatcomit gaf groen licht.

Concreet zal de Vlaamse landbouw van de Europese Commissie nu ademruimte krijgen om de doelstellingen van de nitraatrichtlijn en van de andere betrokken richtlijnen, de kaderrichtlijn Water en de NEC-richtlijn te bereiken.

Landbouwers kunnen elk jaar een aanvraag indienen voor derogatie voor bepaalde percelen. Zij moeten er zich toe verbinden de voorwaarden van de derogatiebeschikking na te leven.   

Het is logisch dat de Europese Commissie eist dat de lidstaat de toepassing van dergelijke afwijking op de bemestingnorm goed opvolgt. Zo zijn er de voorwaarden van het bijhouden van een bemestingsplan en van een mestboekhouding, de analyses van meststoffen en van het nitraatresidu.

Bovendien worden in het kader van het beheer van de landbouwgronden voor derogatiepercelen voorschriften opgesteld om ervoor te zorgen dat zo weinig mogelijk nitraat afspoelt naar de wateren. Het gaat om de goede landbouwpraktijken van tijdstip van bemesting, vooral in het voorjaar, het beheer van graslanden en het aanplanten van tussengewassen die de stikstof opnemen. De regeling betreffende de nutrintenemissierechten, en de controle en analyse van vervoerde derogatiemest wordt onverkort toegepast.

De derogatiebeschikking legt aan Vlaanderen ook monitoring en controles op, die moeten gerapporteerd worden aan de Europese Commissie.

Het komt er nu op aan dat deze derogatiebeschikking op eenvoudige wijze aan de landbouwers uitgelegd wordt en dat voor zover administratie nodig is daarvoor modelformulieren ter beschikking worden gesteld.

"Ik ben verheugd dat Europa ons kansen heeft gegeven om in het kader van een duurzame en leefbare landbouw te streven naar het bereiken van de milieudoelstellingen. Nu moeten we het allen waar maken, Minister, administratie en landbouwsector in al zijn geledingen. Want als we in 2010 opnieuw voor de Europese Commissie staan zullen we resultaten moeten kunnen voorleggen wat betreft de verbetering van de waterkwaliteit in Vlaanderen", zegt Vlaams Minister Hilde Crevits.

Minister-president Peeters stelt op zijn beurt: "De derogatie maakt het mogelijk om in Vlaanderen een evenwichtig mestbeleid op touw te zetten, waarbij we erover kunnen waken dat onze sector zich van een duurzame toekomst kan verzekeren. Bovendien is deze derogatie een duwtje in de rug van de varkenssector in deze voor hen momenteel bijzonder moeilijke tijden".

Bron : Persmededeling van het kabinet van minister Hilde Crevits