19/07/2011

De eerste programma's voor duurzame biobrandstoffen krijgen groen licht van de EU

Terug naar artikeloverzicht

Brussel, 19 juli 2011 - Biobrandstoffen kunnen een milieuvriendelijk alternatief voor fossiele brandstoffen vormen. We moeten er evenwel voor zorgen dat tropische wouden en koolstofrijke veengronden geen bestemming als oliepalm? of suikerrietplantages krijgen. Ook moet gewaarborgd worden dat het gebruik van biobrandstoffen in de EU een duidelijke verlaging van de broeikasgasemissies ten opzichte van fossiele brandstoffen oplevert. Daarom moeten biobrandstoffen door de lidstaten of in het kader van vrijwillige, door de Europese Commissie erkende programma's op hun duurzaamheid worden onderzocht. Momenteel heeft de Commissie zeven dergelijke vrijwillige programma's erkend: ISCC, Bonsucro EU, RTRS EU RED, RSB EU RED, 2BSvs, RSBA en Greenergy. De erkenning geldt meteen voor 27 EU-lidstaten.

Commissaris voor energie, Günther Oettinger, zei in dat verband: "We moeten ervoor zorgen dat de productie? en bevoorradingsketen voor biobrandstoffen in zijn geheel duurzaam is. Daarom hanteren we de hoogste duurzaamheidsvereisten ter wereld. De programma's die momenteel op EU-niveau zijn erkend, zijn een goed voorbeeld van een transparant en betrouwbaar systeem dat waarborgt dat aan deze vereisten wordt voldaan".

Om op steun van de overheid te kunnen rekenen of in aanmerking te worden genomen in het kader van verplichte nationale doelstellingen op het gebied van hernieuwbare energie, moeten in de EU gebruikte biobrandstoffen, ongeacht of ze ter plekke worden geproduceerd dan wel worden ingevoerd, voldoen aan duurzaamheidsvereisten. Deze vereisten moeten voorkomen dat gebieden met grote koolstofvoorraden en een grote biodiversiteit een nieuwe bestemming krijgen ten behoeve van de productie van grondstoffen voor biobrandstoffen. In de praktijk betekent dat dat biobrandstoffen die afkomstig zijn van gewassen welke werden geteeld op gronden die als regenwoud of als natuurlijk grasland met een uniek ecosysteem golden, niet als duurzaam kunnen worden beschouwd. Bovendien moeten de broeikasgasemissies van de productieketen als geheel minstens 35% minder bedragen dan die van fossiele brandstoffen. Na verloop van tijd zal dat verschil nog groter moeten worden.

Achtergrond

De EU heeft zich als doel gesteld dat voor de sector vervoer uiterlijk in 2020 een minimumaandeel van 10% aan hernieuwbare energie moet zijn bereikt. Als daartoe biobrandstoffen worden ingezet, dienen deze aan een reeks duurzaamheidsvereisten te voldoen. Dat wil zeggen dat biobrandstoffen niet hun oorsprong mogen vinden in gebieden met een hoge biodiversiteitwaarde zoals beschermde gebieden, of in gebieden met hoge koolstofvoorraden, zoals bossen en veengronden.

Bedrijven kunnen aantonen dat zij aan de duurzaamheidsvereisten voldoen door toe te treden tot hetzij een nationaal systeem hetzij een door de Commissie erkend vrijwillig programma, .

Nadat de Commissie grondig heeft onderzocht of een programma aan de duurzaamheidsvereisten voldoet en tot de bevinding komt dat dat inderdaad het geval is overeenkomstig de richtlijn betreffende energie uit hernieuwbare bronnen1 , geeft zij haar goedkeuring voor vijf jaar. In het kader van een dergelijk programma wordt nagegaan waar en op welke wijze de biobrandstoffen worden geproduceerd. Indien de regels van het vrijwillige programma worden nageleefd, kan in het kader daarvan een certificaat voor het desbetreffende product worden uitgereikt.

Na een grondig onderzoek door de Commissie en na diverse verbeteringen werden de volgende programma's erkend:

  • ISCC (Duits (door de overheid gefinancierd) programma voor alle soorten biobrandstoffen )

  • Bonsucro EU (rondetafelinitiatief voor op suikerriet gebaseerde biobrandstoffen, focus op Brazilië)

  • RTRS EU RED (rondetafelinitiatief voor op soja gebaseerde biobrandstoffen, focus op Argentinië en Brazilië)

  • RSB EU RED (rondetafelinitiatief voor alle soorten biobrandstoffen)

  • 2BSvs (Frans industrieel programma voor alle biobrandstoffen)

  • RSBA (industrieel programma voor Abengoa voor hun bevoorradingsketen)

  • Greenergy (industrieel programma voor Greenergy voor ethanol uit suikerriet uit Brazilië)

Momenteel bespreekt de Commissie met de verantwoordelijken van andere vrijwillige programma's hoe deze ook hun maatstaven kunnen verbeteren zodat aan de duurzaamheidsvereisten wordt voldaan.

Verdere informatie

De erkende programma's en de beoordelingsverslagen worden bekendgemaakt op het transparantieplatform.
http://ec.europa.eu/energy/renewables/biofuels/sustainability_schemes_en.htm

Nadere bijzonderheden over de momenteel erkende programma's zijn beschikbaar in de MEMO/11/522.

__________

1 :  Richtlijn 2009/28/EG

Bron : © Europese Unie, 1995-2011