07/05/2012

Comité van de Regio's pleit voor een rechtvaardiger en ambitieuzer GLB

Terug naar artikeloverzicht

Het Comité van de Regio's (CvdR) heeft afgelopen vrijdag tijdens zijn plenaire zitting een advies uitgebracht waarin de aandacht wordt gevestigd op het strategische belang van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB). De lokale en regionale afgevaardigden waaruit het CvdR bestaat, willen een rechtvaardiger GLB en meer regulering. Ook vinden ze dat de Europese landbouw duurzaam moet zijn en dat bij de implementatie van het GLB zo veel mogelijk rekening moet houden met de omstandigheden ter plaatse.

"De Europese landbouw moet de komende jaren en decennia een aantal grote problemen aanpakken, waarbij het met name gaat om voedselzekerheid, milieubescherming, klimaatverandering, behoud van het platteland en het op peil houden van de levensstandaard van de boeren. Dit thema is voor Europa dus van essentieel belang, temeer daar landbouwgebieden 47% van het EU-grondgebied beslaan en er bijna 12 miljoen landbouwbedrijven zijn, waarvan 70% minder dan 5 hectaren hebben", aldus René Souchon (PSE, Frankrijk), voorzitter van de regioraad van Auvergne. Het advies dat hij namens het CvdR over de toekomst van het GLB heeft opgesteld, is met een ruime meerderheid van stemmen goedgekeurd.

Centraal in het advies staan de voorstellen die de Europese Commissie in oktober 2011 heeft ingediend voor de hervorming van het GLB voor de periode na 2013.

Waar het gaat om de vele uitdagingen waarvoor het GLB zich gesteld zal zien, brengt het CvdR met name het volgende naar voren:

  • het GLB moet op een ambitieus budget kunnen blijven rekenen dat toereikend is om werk te kunnen maken van voedselzekerheid, duurzaamheid, het concurrentievermogen van alle vormen van landbouw, en een evenwichtige ontwikkeling van landelijke gebieden;

  • de landbouwmarkten moeten van overheidswege gereguleerd worden. Het CvdR wil dat eerdere besluiten over de afschaffing van de melk- en suikerquota en de aanplantrechten voor wijngaarden opnieuw worden bekeken;

  • er moet geleidelijk worden toegewerkt naar convergentie van de rechtstreekse betalingen op Europees niveau, teneinde de steun rechtvaardiger te verdelen, met inachtneming van de economische situatie van de landbouwbedrijven;

  • de degressiedrempels zouden moeten worden verlaagd vanaf 100.000 euro, met een bovengrens van 200.000 euro;

  • de inspanningen ten behoeve van gebieden met blijvende natuurlijke handicaps moeten worden opgevoerd door hiervoor tot 10% van de middelen van de eerste pijler van het GLB te reserveren;

  • de vergroeningsmaatregelen moeten versoepeld worden;

  • koppeling van de steun moet met name in kwetsbare gebieden blijven bestaan;
    • er moeten thematische subprogramma's inzake plattelandsontwikkeling komen voor producten met officiële kwaliteitslabels en de peri-urbane landbouw;
    • ondersteuning van onderzoek en innovatie op agronomisch gebied moet worden bevorderd door 10% van de middelen van de tweede GLB-pijler voor deze prioriteit te reserveren.

De leden van het CvdR pleiten er ook voor om bij de uitvoering van het GLB zo veel mogelijk de territoriale situatie in aanmerking te nemen:

  • in het kader van multilevel governance (Europees, nationaal, regionaal) moeten lokale en regionale overheden meer te zeggen krijgen bij de tenuitvoerlegging van het GLB zodat de diversiteit van de verschillende Europese gebieden in aanmerking kan worden genomen;
  • lokale en regionale overheden moeten betrokken worden bij het opstellen van partnerschapsovereenkomsten tussen de EU en de lidstaten;
  • de vergroeningsmaatregelen moeten op regionaal niveau geïmplementeerd kunnen worden, zodat kan worden ingespeeld op de plaatselijke situatie op sociaaleconomisch, ecologisch en landbouwgebied, in het kader van territoriale overeenkomsten die in overleg met de boeren worden opgesteld;
  • er moet een Europese strategie voor plattelandsontwikkeling worden uitgevoerd die de diversiteit van alle landelijke gebieden in aanmerking neemt.

Het advies zal worden toegezonden aan de Europese Commissie, de Raad en het Europees Parlement, die de wetgevingsvoorstellen verder zullen behandelen.

Overigens heeft de commissie Landbouw en plattelandsontwikkeling van het Europees Parlement op 29 februari een hoorzitting met de heer Souchon gehouden. Deze EP-commissie heeft toen grote belangstelling voor de richtsnoeren uit het werkdocument van de heer Souchon getoond en hem uitgenodigd om ook het definitieve advies te komen presenteren. Rapporteur Souchon zal het CvdR-advies dan ook tijdens een volgende vergadering van de parlementaire commissie komen voorstellen. De EP-verslagen zullen in de commissie op zijn vroegst in het najaar worden goedgekeurd, en door de voltallige vergadering van het Europees Parlement in eerste lezing op zijn vroegst in januari, na de voor december geplande goedkeuring van het meerjarig financieel kader.

Advies over de "Wetgevingsvoorstellen betreffende de hervorming van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en het beleid voor plattelandsontwikkeling na 2013"

Meer informatie is te vinden op de website van het CvdR: www.cor.europa.eu