02/09/2005

Bond Beter Leefmilieu vindt de vraag naar het verlagen van de accijnzen onterecht

Terug naar artikeloverzicht

Door de verhoging van de benzineprijzen stijgen ook de inkomsten van de staat. Touring wil dat de staat een deel van dat geld terugstort. Dat is de wereld op zijn kop! Alle belastingen, accijnzen en heffingen op autorijden samen, dekken maar een derde van de kosten die het wegverkeer veroorzaakt. De huidige meerinkomsten uit accijnzen op benzine en diesel compenseren deze kloof maar voor een heel klein deeltje. De vraag is niet of de accijnzen omlaag moeten , maar wel of de samenleving moet blijven opdraaien voor de enorme kosten van het wegverkeer.

Een evenwichtig debat is hier op zijn plaats. In dat debat moet ook gekeken worden naar de rol van de automobielconstructeurs. Zij hadden toch beloofd zuiniger auto's te bouwen?

Het wegverkeer veroorzaakt heel wat kosten die niet aan de automobilist worden doorgerekend. Gezondheidskosten door luchtvervuiling, economische kosten door  tijdsverlies in de files, milieukosten ... De Vlaamse overheid heeft berekend [i] dat een gemiddeld voertuig voor 28 euro/100 km schade veroorzaakt. In totaal zo'n 30 miljard euro. Nauwelijks een derde van de kost wordt via diverse taksen  aan de automobilist doorgerekend: 8,5 euro/100 km. Als de verkeersbelastingen alle kosten van het wegverkeer zouden moeten dekken, dan zouden die belastingen moeten verdrievoudigen. De auto als melkkoe van de staat voorstellen, is dus minstens ongenuanceerd. Het is in tegendeel de overheid die als voornaamste sponsor van de individuele automobilist of vrachtvervoerder optreedt. Bond Beter Leefmilieu vindt de vraag naar het verlagen van de accijnzen dan ook onterecht. Door de prijs te verlagen, wakker je de groei van het verbruik verder aan, zodat we nog kwetsbaarder worden voor hoge olieprijzen. Dat is ook de boodschap die de OESO regelmatig geeft.

De echte oplossing moeten we dus zoeken in een lagere afhankelijkheid van olie. Wat het wegverkeer betreft, betekent dit een combinatie van minder kilometers en zuiniger wagens.

Daar hebben de autoconstructeurs een zware verantwoordelijkheid. Om aan bindende wetgeving te ontsnappen, sloten zij met de Europese Commissie een overeenkomst [ii] waarin ze beloofden de nieuwe modellen voortdurend zuiniger te maken. Ondertussen blijkt dat de constructeurs hun beloften niet naleven. Zij beweren dat ze technisch niet haalbaar zijn. Maar volgens een uitgebreid recent onderzoek [iii] klopt die stelling niet. Het niet halen van de normen ligt vooral aan de voortdurend stijgende verkoop van steeds zwaardere en grotere wagens. Het zijn ook die wagens die de grootste maatschappelijke kost met zich meebrengen.

We moeten de automobielconstructeurs aan hun engagement houden. Zo nodig via bindende normen, eventueel gekoppeld aan een handelssysteem tussen constructeurs. Het is aan de regering om daar werk van te maken.

Meer info: Bram Claeys, Bond Beter Leefmilieu, 0474 59 46 70, bram.claeys@bblv.be


--------------------------------------------------------------------------------

[i] VMM, Mira-T 2004, www.milieurapport.be

[ii] dit is het zogenaamde ACEA-akkoord, waarin de Europese automobielconstructeurs beloofden tegen 2012 de gemiddelde uitstoot van nieuw verkochte wagens op 120 g CO2/km te brengen

[iii] Rapport `Service contract to carry out economic analysis and business impact assessment of CO2 emissions reduction measures in the automotive sector', IEEP - Institute for European Environmental Policy, TNO Nederland, CAIR - Centre for Automotive Industry Research, Cardiff University, UK, juni 2005

Bron : Bond Beter Leefmilieu