Plan Vlaamse Veerkracht: subsidieregels omschakelingsprojecten naar zero-emissievervoermiddelen en vervoermiddelen aangedreven door alternatieve brandstoffen
Op voorstel van Vlaams minister Lydia Peeters
Na advies van de Raad van State keurt de Vlaamse Regering definitief het besluit goed dat het mogelijk maakt om in de toekomst subsidie te verlenen aan projecten in het kader van 'Clean power for transport'. Het gaat om projecten ter uitvoering van het beleid voor de omschakeling naar zero-emissie vervoermiddelen en vervoermiddelen aangedreven door alternatieve brandstoffen. De eerste projectoproepen zullen gericht zijn op ondersteuning van de uitrol van laadinfrastructuur.
| Nota aan de Vlaamse Regering | BVR | Advies RvS |
Toekenning van Strategische Ecologiesteun Desotec nv te Roeselare
Op voorstel van viceminister-president Hilde Crevits
De Vlaamse Regering kent Strategische Ecologiesteun toe voor een bedrag van 1 miljoen euro aan Desotec nv in Roeselare. Desotec is een internationale ontwikkelaar, producent en leverancier van zuiveringsoplossingen die hoofdzakelijk gebaseerd zijn op de technologie van actieve kool. De firma levert een breed gamma aan mobiele adsorptiesystemen en verzorgt het ontwerp, de constructie en het opstarten van op maat gemaakte systemen en het recycleren van verzadigde actieve kool. Met de nieuwe installatie wil Desotec een bestaande en sterk groeiende afvalstroom van gebruikte actieve kool drastisch reduceren, en drie materiaalcomponenten hergebruiken of omzetten naar andere toepassingen.
Toekenning van Strategische Ecologiesteun aan Tessenderlo Group nv te Ham
Op voorstel van viceminister-president Hilde Crevits
De Vlaamse Regering kent een Strategische Ecologiesteun van 1 miljoen euro toe aan Tessenderlo Group nv in Ham. Tessenderlo Group, oorspronkelijk Tessenderlo Chemie, is een Belgisch bedrijf uit de chemische sector. Tessenderlo Group is internationaal actief in oplossingen voor voeding, landbouw, waterbeheer en efficiënt gebruik en hergebruik van natuurlijke grondstoffen. Het project is gericht op het veranderen van energiebron voor Tessenderlo Kerley Ham (TKH), van Heavy Fuel Oil naar verwarming door aardgas met regeneratieve branders. Het project vermindert de uitstoot, bespaart energie en draait om maximaal energiehergebruik binnen het proces, naast het garanderen van een langere levensduur van constructies en materialen.
Renovatieverplichting voor niet-residentiële gebouwen
Op voorstel van Vlaams minister Zuhal Demir
Het Energiedecreet voorziet een renovatieverplichting voor niet-residentiële gebouwen. Dat betekent dat vanaf 1 januari 2022 alle niet-residentiële gebouwen binnen de vijf jaar op het verlijden van de akte moeten voldoen aan vier energetische renovatiemaatregelen (dakisolatie, beglazing, warmte-opwekkers en koelinstallaties). Kleine niet-residentiële eenheden die in totaliteit worden overgedragen en met een akte verleden vanaf 1 januari 2022 moeten ook een energieprestatielabel C halen. Grote gebouwen waarbij de akte wordt verleden vanaf 1 januari 2023 en die in totaliteit worden overgedragen, moeten bijkomend voldoen een de eis van 5% van het aandeel hernieuwbare energie. De Vlaamse Regering keurt nu principieel het besluit goed dat uitvoering geeft aan de renovatieverplichting voor niet-residentiële gebouwen, en dat een energieprestatiecertificaat invoert voor niet-residentiële gebouwen (EPC-NR). Het EPC voor publieke gebouwen wordt geïntegreerd in het EPC voor niet-residentiële gebouwen. Het besluit verleent verder ook uitstel voor de opmaak van het EPC voor de gemeenschappelijke delen tot januari 2024, mede door de achterstand opgelopen door de coronamaatregelen. Tot slot zijn er nog enkele kleine aanpassingen aan de energieprestatiecertificatenregeling en wordt het minimaal bedrag bepaald van het hoofdkrediet in het kader van de rentesubsidie voor de grondige energetische renovatie of de sloop-en-heropbouw van niet-energiezuinige woningen of appartementen. Over dit besluit wordt het advies ingewonnen van de Vlaamse Toezichtcommissie en daarna van de Raad van State.
| Bis-Nota aan de Vlaamse Regering | BVR |
VLAREM: omzetting BBT-conclusies
Op voorstel van Vlaams minister Zuhal Demir
De Vlaamse Regering wijzigt principieel titel III van het VLAREM van 16 mei 2014, om te zorgen voor een actualisering van de milieuregelgeving ter zake op basis van de Europese BBT-conclusies voor de voedingsmiddelen-, dranken- en zuivelindustrie. Het gaat om de algemene regels om de impact op mens en milieu van GPBV-installaties beperkt te houden. GPBV-installaties zijn industriële installaties met een mogelijk grote impact op het milieu, waarbij GPBV staat voor Geïntegreerde Preventie en Bestrijding van Verontreiniging. De Europese richtlijn bepaalt dat de BBT-conclusies de referentie vormen voor de vaststelling van de vergunningsvoorwaarden voor GPBV-installaties. De BBT-conclusies zijn het bindende gedeelte van het BBT-referentiedocument, met de conclusies over de best beschikbare technieken (BBT) met alle relevantie informatie over deze BBT's. Over dit wijzigingsbesluit wordt het advies ingewonnen van de Raad van State.
| Nota aan de Vlaamse Regering | BVR | Verslag aan de Vlaamse Regering |
Grindfonds: applicatiecentrum voor beton (ACB)
Op voorstel van Vlaams minister Zuhal Demir
De Vlaamse Regering keurt het ontwerp van amendement goed aan de overeenkomst over het toekennen van een financiering aan de UHasselt voor de ondersteuning van het applicatiecentrum voor beton (ACB). Het amendement regelt de financiering voor de UHasselt voor het volledige bedrag van 4.146.966 euro, waarbij de duur van de overeenkomst verlengd wordt tot volledige benutting van het maximum bedrag en het geheel van de uitgaven voldoende gespreid blijft in de tijd. De Vlaamse minister bevoegd voor de natuurlijke rijkdommen, zal het ontwerp van amendement namens het Grindfonds ondertekenen.
Naleving van de wet op de onbevaarbare waterlopen: uitvoeringsbesluit
Op voorstel van Vlaams minister Zuhal Demir
Na advies van de Raad van State, hecht de Vlaamse Regering haar definitieve goedkeuring aan een besluit dat een aantal bepalingen uitvoert uit de wet over de onbevaarbare waterlopen, na de actualisatie van deze wet door het decreet met diverse bepalingen rond omgeving, natuur en landbouw. Het gaat onder meer om: bepalingen rond de digitale atlas van de gerangschikte onbevaarbare waterlopen en publieke grachten; de procedure voor de overname van het beheer van grachten door gemeenten of polders en wateringen; de actualisering van de organisatie van het openbaar onderzoek; en de uitwerking van een algemeen reglement voor de onbevaarbare waterlopen en grachten met bijzondere aandacht voor het onttrekken van water uit onbevaarbare waterlopen waarbij de gouverneur tijdelijk of permanent onttrekkingsverboden kan opleggen. Het besluit wil ook tegemoetkomen aan een maatschappelijke vraag, zoals de mogelijkheid tot recreatieve vaart. Daarnaast worden een aantal belangrijke beheermaatregelen opgenomen rond beplanting en afrastering. Hierbij worden éénduidige bepalingen voor alle onbevaarbare waterlopen en grachten in Vlaanderen uitgewerkt waarbij de verouderde algemene en provinciale politiereglementen en het algemeen politiereglement op de polders en wateringen afgeschaft kunnen worden.
| Bis-Nota aan de Vlaamse Regering | BVR |
| Advies RvS | Verslag aan de leden van de Vlaamse Regering |
Opstart geïntegreerd planningsproces gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Mondingsgebied Grote Nete’
Op voorstel van Vlaams minister Zuhal Demir
De Vlaamse Regering keurt de startnota 'Mondingsgebied Grote Nete' goed. Daarmee wordt het geïntegreerd planningsproces voor de opmaak van een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan opgestart. Het plan zal in hoofdzaak bijkomende natuur- en bosgebieden vastleggen in de vallei van de Grote Nete en de agrarische gebieden in de vallei differentiëren in functie van de bebouwingsmogelijkheden en natuurverwerving. Aansluitend worden ook twee signaalgebieden herbestemd. De Vlaamse minister, bevoegd voor ruimtelijke ordening, zal de nodige adviezen inwinnen over deze startnota en de bevolking van de betrokken gemeenten erover informeren en raadplegen.
| Nota aan de Vlaamse Regering | Startnota |
Verderzetting PDPOIII programma (2014-2020): overgangsjaren 2021-2022 – LEADER
Op voorstel van Vlaams minister Zuhal Demir
Het Europese Gemeenschappelijke Landbouwbeleid (GLB) is in Vlaanderen uitgewerkt in een Programmeringsdocument voor Plattelandsontwikkeling (PDPO). Het programma loopt over zeven jaar, en bestaat uit maatregelen met een meerwaarde voor Vlaamse landbouw en platteland. Het PDPOII-programma liep tot eind 2020. Door vertragingen bij de opmaak van een nieuwe GLB-verordening, is nu op Europees niveau een overgangsverordening goedgekeurd. Deze verlengt het bestaande rechtskader, dus de PDPOIII, met twee jaar, en bepaalt de regels voor de continuïteit van de GLB in afwachting van een nieuwe verordening. Een van de maatregelen daarbij is M19 LEADER, wat staat voor 'Liaison Entre Actions de Développement de l'Economie Rurale'. In Vlaanderen zijn 12 regio's erkend als LEADER-gebied, waarbinnen projecten voor plattelandsontwikkeling gesubsidieerd worden. De Vlaamse Regering keurt in dit kader de verlenging goed van de twaalf ontwikkelingsstrategieën uit PDPOIII voor de overgangsjaren 2021-2022. Ze keurt ook de verdeling van Europese en Vlaamse middelen goed voor het LEADER-programma aan elk van de twaalf Plaatselijke Groepen.
| Nota aan de Vlaamse Regering |
Handhaving zwerfvuil en sluikstort
Op voorstel van Vlaams minister Zuhal Demir
De Vlaamse Regering wijzigt principieel het Vlarema en het milieuhandhavingsbesluit om het de Vlaamse overheid mogelijk te maken het verbod op sluikstorten en op het veroorzaken van zwerfvuil beter te handhaven. Zo komt er een aangepaste definitie van zwerfvuil en sluikstorten, en komt er een uitdrukkelijk verbod op het creëren van zwerfvuil en sluikstort in het Vlarema. De relevangt toezichthouders die vandaag in het milieuhandhavingsbesluit als zijn aangeduid om aan milieuhandhaving te doen, worden ook bevoegd voor de handhaving van deze nieuwe verbodsbepaling in Vlarema. Over dit wijzigingsbesluit wordt het advies ingewonnen van de Raad van State.
| Nota aan de Vlaamse Regering | BVR |
Vermindering onroerende voorheffing
Op voorstel van Vlaams minister Matthias Diependaele
De Vlaamse Regering wijzigt principieel de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013. De Vlaamse Codex Fiscaliteit voorziet een vermindering van 50% en 100% op de onroerende voorheffing voor nieuwbouw voor een bepaald maximum E-peil van respectievelijk E30 en E20. De wijziging verstrengt de E-peil eis voor die verminderingen naar respectievelijk E20 en E10. Dit decreet wijzigt ook het document dat moet bewijzen of de uitgevoerde werken voldoen aan de eisen van de energieprestatieregelgeving voor een 'ingrijpende energetische renovatie', 'gedeeltelijke herbouw' of 'herbouw' zoals vermeld in het Energiebesluit. De termijn voor het indienen van de documentatie en voor het nemen van de inschrijving in het bevolkings- of het vreemdelingenregister wordt ook bepaald op 6 jaar ipv 5 jaar. Over dit voorontwerp van wijzigingsdecreet wordt het advies ingewonnen van de SERV en van de Vlaamse Woonraad, daarna gaat het voor advies naar de Raad van State.
| Nota aan de Vlaamse Regering | BVR | Memorie van Toelichting |
Energiedecreet
De Vlaamse Regering beslist tot bekrachtiging en afkondiging van het decreet dat artikel 4.1.22/2 van het Energiedecreet wijzigt. Dit wijzigingsdecreet werd aangenomen in het Vlaams Parlement op 5 mei 2021.
| Wijziging Energiedecreet |
Bron: Vlaanderen.be - Beslissingen Ministerraad 7 mei 2021