25/06/2025

Beslissingen Ministerraad van 20 juni 2025 

wetgeving
Terug naar artikeloverzicht

Raad van bestuur Vlaamse Landmaatschappij (VLM): vervanging lid 

Op voorstel van viceminister-president Hilde Crevits en Vlaams minister Jo Brouns 

Op voordracht van de provincie Antwerpen stelt de Vlaamse Regering Mireille Colson aan als lid van de raad van bestuur van de Vlaamse Landmaatschappij. Aan Hilde Vermeiren wordt ontslag verleend uit haar mandaat.

 


Voorlopige vaststelling ontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Hospicebossen' in Nazareth-De Pinte 

Op voorstel van Vlaams minister Jo Brouns 

De Vlaamse Regering beslist tot voorlopige vaststelling van het ontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Hospicebossen'. Het plangebied is gelegen op het grondgebied van Nazareth-De Pinte in de provincie Oost-Vlaanderen en is ongeveer 166 ha groot. Concreet voorziet het plan volgende bestemmingswijzigingen: afbakenen en differentiëren van een aantal gebieden van de agrarische structuur en afbakenen van bosgebieden als onderdeel van de gewenste bosstructuur. Na de voorlopige vaststelling wordt een openbaar onderzoek georganiseerd. Na het einde van het openbaar onderzoek beschikt de Vlaamse Regering over 180 dagen voor de verwerking van de bezwaren, opmerkingen en adviezen en de definitieve vaststelling.

 


Intrekking tijdelijk handelingskader voor gebruik PFAS-houdende bodemmaterialen en voor invulling saneringscriterium 'duidelijke aanwijzing van ernstige bodemverontreiniging' 

Op voorstel van Vlaams minister Jo Brouns 

In het kader van oriënterende en verkennende bodemonderzoeken met vaststelling van PFAS-verontreiniging keurde de Vlaamse Regering op 7 juli 2023 een besluit goed dat een tijdelijk handelingskader aanreikt voor het gebruik van PFAS-houdende bodemmaterialen in het kader van grondverzet (onder meer bij de opmaak en beoordeling van technische verslagen en de aanvragen tot grondverzettoelating), evenals een tijdelijk handelingskader voor de beoordeling van het saneringscriterium 'duidelijke aanwijzing van ernstige bodemverontreiniging' in het kader van bodemonderzoeken. Sinds de bekrachtiging en afkondiging van dat besluit zijn er verschillende nieuwe feitelijke en juridische elementen op de voorgrond getreden, die nopen tot een herziening van het tijdelijk handelingskader. Daarom beslist de Vlaamse Regering nu principieel het besluit van 7 juli 2023 in te trekken. De intrekking zorgt ook voor rechtszekerheid voor de lokale en provinciale besturen in die zin dat er duidelijkheid is dat het bestaande wettelijk kader in het Bodemdecreet en het VLAREBO-besluit voor de beoordeling van bodemonderzoeken met niet-genormeerde parameters en het gebruik van bodemmaterialen voor niet-genormeerde parameters van toepassing blijft. Over dit intrekkingsbesluit wordt nu het advies ingewonnen van de Minaraad, de SERV en de Vlaamse Raad voor Welzijn, Volksgezondheid en Gezin. Het wordt ook geagendeerd voor overleg met de gewestregeringen.

 


Voorontwerp wijziging Bodemdecreet: vaststelling richt-, achtergrond- en toetsingswaarden 

Op voorstel van Vlaams minister Jo Brouns 

De Vlaamse Regering hecht haar principiële goedkeuring aan het voorontwerp van decreet dat het Bodemdecreet wijzigt om op rechtszekere wijze rekening te kunnen houden met de nieuwste wetenschappelijke inzichten om een blijvend adequate en doeltreffende bescherming van de bodem te waarborgen. Over dit voorontwerp van wijzigingsdecreet wordt het advies ingewonnen van de Minaraad, de SERV en de Vlaamse Raad voor Welzijn, Volksgezondheid en Gezin.

 


Uitbreiden en verankeren wettelijk kader 'Innovatief varen' 

Op voorstel van Vlaams minister Annick De Ridder 

De technologische ontwikkelingen op het gebied van automatisering en afstandsbesturing maken binnen alle vervoerstakken een grote opmars, zo ook binnen de binnenvaartsector. Deze innovaties bieden veel kansen op het gebied van veiligheid en (kosten)efficiëntie. Dat komt ook duidelijk naar voren in de reeds binnen het kader van het Scheepvaartdecreet uitgevoerde en lopende proefprojecten. De sector is dan ook sterk vragende partij om het bestaande regelgevende kader, dat momenteel zowel temporeel als qua toepassingsgebied nog belangrijke beperkingen heeft, uit te breiden en verder te verankeren zodat investeringen zinvol blijven en Vlaanderen koploper kan blijven op het vlak van deze technologische ontwikkelingen. De Vlaamse Regering beslist daarom principieel een wettelijk kader te creëren dat zowel aan de sector als aan de betrokken autoriteiten (Commissie van Deskundigen, waterwegbeheerders) de nodige handgrepen biedt. Het besluit legt de procedure vast voor de toekenning van ontheffingen op de regels over de technische voorschriften voor binnenschepen, binnen het bestaande (Europese) regelgevingskader, alsook voor de toekenning van afwijkingen van de bestaande bemanningsvoorschriften. De eindbeslissing voor het toekennen van deze ontheffingen en afwijkingen zal door de Commissie van Deskundigen genomen worden, op basis van een door de aanvrager in te dienen dossier. Ook krijgen de waterwegbeheerders inspraak op grond van eigenheden van de door hen beheerde waterweg(en). Alle afwijkingen die worden toegestaan, worden genoteerd op het aanvullend certificaat van het schip, zodat handhavingsdiensten op elk moment kunnen controleren of de vaart conform deze toegestane afwijkingen gebeurt. Dit besluit wordt voor advies voorgelegd aan de Mobiliteitsraad en de VTC. Daarna wordt het advies ingewonnen van de Raad van State.

 


Omzetting Europese Richtlijn internationaal vervoer van gevaarlijke goederen: wijziging verschillende koninklijke besluiten 

Op voorstel van Vlaams minister Annick De Ridder 

De voorschriften rond internationaal vervoer van gevaarlijke goederen worden vastgelegd in het ADR-Verdrag voor vervoer over de weg, in de ADN-overeenkomst voor vervoer over de binnenwateren en in het COTIF-Verdrag voor vervoer over het spoor. Elke twee jaar worden deze internationale overeenkomsten aangepast aan de laatste wetenschappelijke en technologische ontwikkelingen. Via een Europese Richtlijn worden de voorwaarden die gesteld worden aan het vervoer van gevaarlijke goederen in hogergenoemde internationale overeenkomsten, van toepassing verklaard op het Europees grondgebied. Na overleg met de gewestregeringen en na advies van de raadgevende commissie administratie-nijverheid en van de Raad van State, wijzigt de Vlaamse Regering nu definitief enkele koninklijke besluiten om de meest recente Europese Richtlijn ter zake gedeeltelijk om te zetten in Vlaamse regelgeving.

 


Rapportage en bestendiging gebiedscoördinatie voor PFASgerelateerde trajecten regio Zwijndrecht/3M-site

Op voorstel van Vlaams minister Jo Brouns

 


Grondwettelijk Hof: rolnummer 8492 

Op voorstel van Vlaams minister Jo Brouns

Beroep tot vernietiging van artikel 8 van het decreet van het Vlaamse Gewest van 20 december 2024 « tot wijziging van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018, en het Mestdecreet van 22 december 2006 », ingesteld door de vzw «Belgian Luxembourg mineral Fertilizer Association »

 


Toetsingswaarden PFAS-houdende bodemmaterialen

Op voorstel van Vlaams minister Jo Brouns

Ontwerp van omzendbrief VR 2025/..: "Onderbouwing toetsingswaarden voor het gebruik van PFAS-houdende bodemmaterialen"

 

 

Bron: Vlaanderen.be - Beslissingen Ministerraad van 20 juni 2025