27/05/2008

Belg kan nog 3 keer zoveel frituurvetten -en olin inzamelen

Terug naar artikeloverzicht

Meer dan 14.000 ton gebruikte frituurvetten en olin gaat verloren in het milieu, ook al zamelt de Belg vandaag 11% meer in dan vorig jaar. Dat is n van de opvallende conclusies van de Universiteit Gent die in opdracht van Valorfrit het frituurgedrag en het inzamelgedrag van de Belg onderzocht. Valorfrit heeft zich alvast een ambitieuze doelstelling gesteld: tegen 2012 de gemiddelde jaarlijkse inzameling per gezin optrekken tot 2,75 kg, goed voor bijna 10.000 ton ingezamelde frituurvetten en olin.

De Universiteit Gent peilde bij 1.000 Belgische gezinnen huishoudens naar hun frituurgedrag n inzamelgedrag. Daaruit blijkt dat het potentieel aan in te zamelen gebruikte frituurvetten en olin veel hoger is dan wat vandaag correct wordt ingezameld. In totaal werd er in 2007 zo'n 7.357 ton ingezameld, een stijging van 11% vergeleken met 2006. Deze mooie stijging is toe te schrijven aan de intensieve communicatiecampagne die sinds eind 2006 door Valorfrit gevoerd wordt. Gemiddeld betekent dit een inzameling van 2 kg per gezin met een friteuse.

Op basis van een marktanalyse en de resultaten van de studie van de Universiteit Gent blijkt dat bij de huishoudens 21.500 ton gebruikte frituurvetten en olin beschikbaar zijn, waarvan er dus 7.357 ton correct wordt ingezameld. Blijft er dus 14.143 ton over die vandaag verloren gaat in het milieu: gedumpt via gootsteen, riool, tuin, restafval... Niet alleen slecht voor het milieu, ook een gemiste kans gezien de interessante verwerkingsmogelijkheden vandaag: recyclage tot verantwoorde biodiesel (geen specifieke productie van grondstoffen en bovendien is er geen invloed op de voedingsprijzen aangezien er geen extra gewassen gebruikt worden die kunnen aangewend worden voor voedingsmiddelen) of omzetting in groene stroom. Verder worden de gebruikte frituurvetten en olin ook verwerkt als grondstof in technische producten als rubber en kaarsen.
Ter illustratie, twee voorbeelden wat je extra zou kunnen doen met die 14.143 ton niet ingezamelde gebruikte frituurvetten en olin op voorwaarde dat er correct zou worden ingezameld:

GROENE BRANDSTOF

  • Met de huidige inzameling kunnen 6.130 wagens een jaar lang zo goed als CO2-neutraal rondrijden. Met de niet-ingezamelde vetten en olin zouden er jaarlijks 11.800 wagens extra CO2-neutraal kunnen rondrijden. NB: Berekend op een consumptie van 1.200 l/jaar, voor een dieselauto die jaarlijks 20.000 km doet en 6 l/100 km verbruikt.
  • Met de huidige inzameling kunnen 370 bussen/vrachtwagens een jaar lang zo goed als CO2- neutraal rondrijden. Met de niet-ingezamelde vetten en olin zouden er jaarlijks 700 bussen/vrachtwagens extra CO2-neutraal kunnen rondrijden. NB: Berekend op een consumptievan 20.000 l/jaar .

GROENE STROOM

  • Met de huidige inzameling kunnen 8.400 gezinnen een jaar lang voorzien worden van groene stroom. Met de niet-ingezamelde vetten en olin zouden er jaarlijks 16.200 gezinnen extra voorzien worden van groene stroom. NB: Berekend op een jaarlijks verbruik van 3,5 Mwh voor een gemiddeld gezin, waarbij voor de productie van 1Mwh 0,25 ton gebruikte frituurvetten en olin nodig is, wat neerkomt op 0,875 ton gebruikte frituurvetten en olin per jaar per gezin. Momenteel vindt de groene stroom productie op basis van gebruikte frituurolie/-vet voor een groot stuk plaats in het buitenland, aangezien de Vlaamse wetgeving verbranding van gebruikte frituurvetten en olin nog niet toestaat. Dit standpunt zou echter op korte termijn herzien kunnen worden.

Inzamelgedrag

Vandaag wordt er per gezin met een friteuse zo'n 2 kg gebruikte frituurvetten en olin ingezameld. Het ingeschat potentieel ligt echter rond 5,5 kg per gezin. Valorfrit heeft zich dan ook het ambitieuze doel gesteld om tegen 2012 de gemiddelde jaarlijkse inzameling per gezin met een friteuse op te trekken tot 2,75 kg, goed voor een kleine 10.000 ton ingezamelde gebruikte vetten en olin van huishoudens. Weliswaar ligt dit cijfer nog een stuk onder het totaalpotentieel van 21.500 ton, maar in eerste instantie is Valorfrit afhankelijk van de 'goodwill' van de Belg. Het gedrag van de huishoudens moet drastisch veranderen zodat de gebruikte frituurolin /-vetten naar het containerpark gebracht worden en niet meer verloren gaan in het milieu. Hiervoor zijn er 540 containerparken beschikbaar in Belgi waar de consumenten gratis hun gebruikte frituurolin of vetten kunnen afgeven. Aan het inzamelnetwerk wordt immers voorlopig niets veranderd. Inzameling via huisaan- huis of via een soort oliecontainer (cfr. glascontainer) is momenteel economisch niet haalbaar noch ecologisch verantwoord: kleine hoeveelheden, lage en onregelmatige frequentie, risico op vervuiling van openbare weg/ruimte... In de grootsteden onderzoekt Valorfrit deze mogelijkheid wel. Kortom, een ambitieuze doelstelling waarbij Valorfrit de Belgen zal sensibiliseren en motiveren om hun gebruikte vetten en olin naar het containerpark te brengen. De laatste grootschalige campagne 'Vang het oliespook' was reeds een groot succes (stijging van +11%). De doelstelling is echter uitdagend zodat Valorfrit haar promotieopdracht in de toekomst intensief zal verderzetten.

Frituurgedrag: Belg frituurt om de 11 dagen

De Universiteit Gent peilde ook naar het frituurgedrag van de Belg. Daaruit blijkt dat 80% van de ondervraagde gezinnen thuis een friteuse heeft, 20% van deze groep heeft zelfs een tweede toestel om het bakken van frietjes en het frituren van kroketten of snacks gescheiden te houden.De Belg bakt wekelijks tot om de twee weken frietjes thuis, tegenover maandelijks tot minder dan maandelijks kroketten of snacks. Gemiddeld kan je stellen dat er iets gefrituurd wordt om de 11 dagen. Daarbij wordt het vet na 11 keer ververst ongeveer 3 keer per jaar dus , wat voor de meeste frituurolin en vetten een goede frequentie is met het oog op gezond frituren. 29% gebruikt louter verse frieten, 33% louter diepvriesfrieten en 36% gebruikt een mix van vers en diepvries. Hoger opgeleiden, jonge en grote gezinnen gebruiken vaker diepvriesfrieten, wat vermoedelijk te maken heeft met het tijdsgebrek en het gebruiksgemak van diepvriesfrieten. De frequentie van frituren stijgt naarmate de gezinsgrootte toeneemt En het opleidingsniveau afneemt. Als er thuis gefrituurd wordt staat het vaakst de vrouw achter de friteuse (72%). In het algemeen worden olin verkozen boven vetten. Dat geldt zeker voor gezinnen met kinderen. Vetten scoren dan weer beter in Walloni (23,5% t.o.v. het nationale gemiddelde van 16,6%) en bij de leeftijdsgroep +54 jaar.

Bron : Persbericht Universiteit Gent