04/12/2007

Bali: grote belangen bij VN-klimaatconferentie

Terug naar artikeloverzicht

Vertegenwoordigers van meer dan 180 landen verzamelen zich op het Indonesische eiland Bali van 3 tot 14 december voor besprekingen over internationale inspanningen tegen de opwarming van de aarde. Het doel: een routekaart opstellen voor 'post-Kyoto.' In het Kyotoakkoord van 1997 besloten de industrielanden de uitstoot van broeikasgassen te verminderen, maar dit akkoord loopt af in 2012. Het EP stuurt een officile delegatie naar Bali om tussen 11 en 14 december deel te nemen aan topontmoetingen.

De doelstellingen van het Kyotoprotocol, waar de industrielanden zich toelegden op het verminderen van de uitstoot van broeikasgassen van de industrielanden met 5% tegen 2012 ten opzichte van het niveau van 1990, verlopen in 2012. Op 15 november pleitte het EP voor een akkoord over bindende doelstellingen voor de uitstoot van alle gendustrialiseerde landen en een vermindering van 50% in de uitstoot van broeikasgassen tegen 2050. Het EP zal een officile delegatie naar de VN-conferentie sturen tussen 11 en 14 december, wanneer bijeenkomsten op hoog niveau staan gepland.
 
De Nederlander Yvo de Boer, hoofd van het VN-klimaatbureau UNFCCC, liet bij de opening van de klimaatconferentie weten dat "Indonesi weet wat voor effecten extreme weersomstandigheden kunnen hebben. Bali is daarom een schrijnend decor voor deze cruciale internationale onderhandelingen om onze planeet te redden van de verwoestende effecten van de opwarming van de aarde."

Bali: opstellen van een routekaart
 
Veel wetenschappers geloven dat boven een stijging van 2 graden Celcius in vergelijking met het pre-industrile tijdperk de gevolgen van de opwarming van de aarde zeer moeilijk te beheren en zeer kostbaar zullen zijn. De beperking van de opwarming van de aarde vereist een vermindering van de wereldwijde uitstoot van broeikasgassen van tenminste 50% onder het niveau van 1990 tegen 2050.

Het doel van 'Bali' is officile gesprekken te lanceren over de periode na de doelstellingen van Kyoto. De routekaart voor besprekingen over een toekomstige internationale klimaatconventie moet kwesties omvatten als het precieze doel, wanneer dit moet worden bereikt, de rol van ontwikkelingslanden in de strijd tegen klimaatverandering en de ontwikkeling van technologie en marktmechanismen.
 
In een EP-resolutie die werd aangenomen op 15 november zet het Europees Parlement de doelen voor het tijdperk na Kyoto uiteen. Het vraagt onder meer om bindende doelen voor alle industrielanden, bredere deelname aan reductiemaatregelen - met name door opkomende economien en de VS - en een vermindering van de uitstoot van broeikasgassen in de periode tot 2050 met ten minste 50% ten opzichte van het niveau van 1990.
 
Voor het bereiken van deze doelen zou een globaal systeem opgezet moeten worden dat limieten stelt op emissies en de handel in emissies mogelijk maakt. Ook zou de overdracht van milieuvriendelijke technologien mogelijk moeten worden gemaakt.
 
Wat verwachten de Parlementsleden van Bali?

Een delegatie bestaande uit twintig leden van het Europees Parlement zal tussen 11 en 14 december in Bali aanwezig zijn. Daar zullen ze parlementarirs uit de hele wereld ontmoeten en vergaderingen op hoog niveau bijwonen met andere delegaties en NGO's. Ook zullen ze contact onderhouden met afgevaardigden van de Commissie en vertegenwoordigers van de Raad.

Het EP is ervan overtuigd dat de toename van broeikasgassen in de atmosfeer in de komende tien jaar moet worden gestopt en daarna drastisch moet worden verlaagd om het wereldklimaat te kunnen stabiliseren. Op de conferentie op Bali moet er overeenstemming worden bereikt over een politiek mandaat voor meer gedetailleerde en technische onderhandelingen voor een internationaal bindende overeenkomst tot de beperking van de klimaatverandering. Een definitieve overeenkomst moet in 2009 worden afgesloten. Een nieuwe klimaatovereenkomst dient ter vervanging van Kyoto, waarin de broeikasgasemissies van opkomende economien niet zijn opgenomen en welke nog niet geratificeerd is door de Verenigde Staten.

De voorzitter van de Klimaatcommissie van het EP, het Italiaanse sociaaldemocratische Parlementslid Guido Sacconi, liet weten dat "hoewel Kyoto niet is geratificeerd door alle belangrijke actoren, het karakteristiek te noemen is voor het unilateralisme van de afgelopen jaren. Bali kan nu de terugkeer van een multilaterale benadering in de internationale betrekkingen kenmerken. Voor Europa is het een gelegenheid om de ernst van de verplichtingen die al zijn aangegaan aan te tonen, evenals onze vastberadenheid voor een akkoord dat effectief de emissies kan reduceren. Het akkoord moet echter tegelijk fair zijn tegenover de ontwikkelingslanden."
 
Volgens Sacconi is "Europa meer verenigd en vastbesloten dan ooit tevoren. Het zal blijken wat voor politieke kracht het heeft wanneer het met n stem spreekt."

Volgens het Zweedse Parlementslid Lena Ek (Alliantie van Liberalen en Democraten voor Europa fractie zijn "ontwikkelingslanden en de uitdaging voor deze landen om economische ontwikkeling te combineren met milieuvriendelijke technologie een essentieel onderdeel van de besprekingen op Bali." Volgens Ek hebben de ontwikkelingslanden "onze steun nodig, niet alleen in mooie woorden, maar ook in de vorm van financile ondersteuning en hulp bij de toepassing van nieuwe technologien."
 
"We moeten streven naar een doorbraak"
 
Het Spaanse Parlementslid Alejo Vidal-Quadras (Europese Volkspartij) is de voorzitter van de EP-delegatie: "Ik hoop dat de conferentie zal fungeren als een forum waar de basis voor een politieke consensus over een post-2012 overeenkomst wordt bereikt. We moeten een oplossing vinden waarin alle gendustrialiseerde landen worden opgenomen. Ik hoop samen met de leden van de delegatie een rol te kunnen spelen in het vinden van steun voor het onderhandelingsmandaat van de Europese Unie."
 
De vicevoorzitter van de Klimaatcommissie, Liam Aylward (Ier, Unie voor een Europa van Nationale Staten), liet weten dat "we een gemeenschappelijke visie voor de periode na 2012 moeten bereiken, door het streven naar een doorbraak. Ikzelf zal aandacht vragen voor het probleem van ontbossing. We spenderen veel tijd aan het analyseren van de uitdaging van de verlaging van koolstof in onze atmosfeer, maar de longen van de wereld die deze koolstof absorberen op een onaanvaardbare schaal worden gekapt."
 
Het Europees Parlement is zeer begaan met de klimaatverandering. Om een aantal recente ontwikkelingen te noemen: het EP heeft herhaaldelijk opgeroepen de luchtvaart in het ETS-systeem, de EU-regeling voor de emissiehandel (ETS), op te nemen en benadrukte het onlangs middels een rapport de milieuaspecten van het vervoersbeleid van de EU.

Bron : Europees Parlement