17/12/2019

Asbestverontreiniging in afdruipzones: overwegend nieuw of historisch?

Back to article overview

In een oriënterend bodemonderzoek moet de bodemsaneringsdeskundige een uitspraak doen over de aard (nieuw, historisch of gemengd) van de bodemverontreiniging, dus ook voor de asbestverontreiniging ter hoogte van de afdruipzone. Voor een gemengde bodemverontreiniging is het ook steeds nodig een inschatting te maken van het aandeel nieuwe respectievelijk historische bodemverontreiniging. Daarbij houdt de bodemsaneringsdeskundige rekening met het percentage aan vuilvracht en geeft aan van welke aard (historisch of nieuw) het overwegend deel van de verontreiniging is.

Uit studies van de OVAM blijkt dat bij golfplaten daken een stijgende vezelvrijstelling met toenemende ouderdom en verweringsgraad wordt gemeten. Op kleefmonsters vanop verweerde golfplaten daken (> 30 jaar oud) worden significante hoeveelheden niet-hechtgebonden asbest aangetroffen. In slibmonsters uit de dakgoot van golfplaten daken worden hoge concentraties niet-hechtgebonden asbest (vezels en bundels) aangetroffen.

Het is duidelijk dat het grootste deel van de bodemverontreiniging met asbest door verwering plaats vond in een meer recente periode. In de beginjaren zullen nauwelijks asbestvezels zijn vrijgekomen. Bij het bepalen van de aard van de bodemverontreiniging zal de bodemsaneringsdeskundige rekening houden met een toenemende mate van bodemverontreiniging. Het percentage aan nieuwe dan wel historische vuilvracht wordt dus niet louter bepaald op basis van de verhouding tussen de aanwending van het asbestdak voor of na 1995.

Voorbeeld: bij een asbestdak wat sinds 1955 is aangelegd en waarbij over de volledige periode geen dakgoot is voorzien, zal de periode van ‘historisch’ gebruik (40 jaar) langer zijn dan de periode van ‘nieuw’ gebruik (bijna 25 jaar). De aard van deze bodemverontreiniging zal hoe dan ook gemengd zijn. Daar de verontreiniging, uitgedrukt in vuilvracht, echter sterk overwegend tot stand is gekomen in de voorbije jaren of decennia zal de aard gemengd, overwegend nieuw zijn.

Er wordt namelijk geoordeeld dat bodemverontreiniging met asbest ten gevolge van verwering bij gevelbekleding en asbestdaken vooral een verschijnsel is van de voorbije jaren. In veruit de meeste gevallen dienen deze asbestverontreinigingen dus te worden beschouwd als nieuwe dan wel gemengd, overwegend nieuwe bodemverontreinigingen.

 

Bron: De Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij, Vlaamse Overheid