Mestbank herinnert aan uitrijstop voor stalmest en champost en verduidelijkt regels voor opslag van vaste dierlijke mest
In de periode van 15 november tot en met 15 januari mag ook geen vaste dierlijke mest worden opgeslagen op landbouwgrond.
Wat houden de regels voor de opslag van vaste dierlijke mest op landbouwgrond in?
- Vaste dierlijke mest opslaan op landbouwgrond mag niet van 15 november tot en met 15 januari.
- Van 16 januari tot en met 14 november mag de landbouwer wel vaste dierlijke mest opslaan op landbouwgrond. Hij moet zich houden aan deze voorwaarden:
- De mesthoop moet minimaal 100 meter van de woningen van derden liggen.
- De mesthoop moet minimaal 10 meter van de perceelsgrens en het oppervlaktewater liggen.
- De landbouwer mag er alleen de mest opslaan, die hij nadien op dat perceel zal uitspreiden. Hij moet de mest uitspreiden binnen de maand.
- Mestsappen mogen niet afvloeien naar het oppervlaktewater of niet-landbouwgrond.
Vaste dierlijke mest is:
- stalmest;
- de vaste fractie na het scheiden van dierlijke mest en dierlijke mest met een drogestofgehalte van minimum 20 % ;
- champost.
Hoe moeten landbouwers hun vaste dierlijke mest opslaan?
Een opslag voor vaste dierlijke mest moet voldoen aan de constructievoorwaarden die de Vlarem II-regelgeving voorschrijft.
De mestopslag moet o.a. voorzien zijn van een mestdichte vloer. Ook moet hij langs drie zijden omgeven zijn door mestdichte wanden. De mestsappen en de afvloei van mestsappen die zijn vermengd met regenwater moeten worden opgevangen in een mestdichte gesloten opslagruimte. Want het is heel belangrijk dat ze niet kunnen afspoelen. De mestopslag mag geen overstortsysteem zoals het first flush systeem of afleidingskanalen hebben naar het oppervlaktewater, de riolering, de kunstmatige afvoerweg voor regenwater of de verliesput.
Toezichthouders van de Mestbank kunnen een proces-verbaal opstellen als ze overtredingen tegen die regels vaststellen. De Mestbank kan die vaststellingen ook doorgegeven aan het Agentschap voor Landbouw en Visserij (ALV). Het ALV kan vervolgens een inkorting geven op de toeslagrechten.
Waarom deze regels?
Ten laatste in het meetjaar juli 2017 - juni 2018 mag nog maar 5% van de MAP-meetpunten de grens van 50 mg nitraat/liter overschrijden. De nieuwe voorwaarden voor de opslag van dierlijke mest op landbouwgrond werden in 2011 al opgenomen in het Mestdecreet. Ze maken deel uit van een reeks maatregelen die moeten helpen om de nitraatverliezen naar het oppervlakte- en grondwater te minimaliseren.
De landbouwer draagt een grote verantwoordelijkheid voor het verbeteren van de waterkwaliteit en we willen hem alvast bedanken voor zijn inzet voor een beter leefmilieu.
Bron : VLM
_________________________________
Extra info :
Wetgeving
- VLAREM II - Afdeling 5.9.2. Voorschriften voor stallen en mestopslagplaatsen en plaatsen voor mestbewerking en mestverwerking
- VLAREM II - Bijlage 5.9. Opslagplaatsen voor mest
Studies