01/28/2015 - 00:00

De milieugezondheid van jongeren in Vlaanderen

Back to article overview

Vlaamse jongeren hebben nu minder PCB’s, moeilijk afbreekbare bestrijdingsmiddelen, benzeen, lood en cadmium in hun lichaam dan 10 jaar geleden. De blootstelling aan poly-aromatische koolwaterstoffen (PAK’s), die bij verbranding kunnen vrijkomen, is niet gedaald. Ook aanwezigheid van giftige arseencomponenten, voor de eerste keer uitgebreid gemeten in deze campagne, vraagt verdere aandacht. Wetenschappers van de vakgroep Maatschappelijke Gezondheidkunde werkten mee aan de studie.

Globale daling, maar PAK's blijven aandachtspunt

In 2013 en 2014 onderzocht het Steunpunt Milieu en Gezondheid in opdracht van de Vlaamse overheid de aanwezigheid van vervuilende stoffen en de vroegtijdige gezondheidseffecten van deze stoffen in urine-, bloed en ademstalen van 208 jongeren die minstens tien jaar in Vlaanderen wonen. Dit onderzoek maakt deel uit van een grootschalige meetcampagne (humane biomonitoring), waaraan ook moeders met pasgeborenen en volwassenen (50-65 jaar) aan deelnamen. De resultaten van deze twee groepen zullen later dit jaar beschikbaar zijn.

Het onderzoek levert referentiewaarden op voor deze Vlaamse leeftijdsgroepen en documenteert de milieugezondheid in Vlaanderen. Aangezien het steunpunt al sinds 2002 meetcampagnes organiseert naar de blootstelling van inwoners aan vervuilende stoffen en de gezondheidseffecten daarvan, kunnen nu ook tijdstrends in Vlaanderen worden bekeken.
We stellen vast dat de daling van vervuilende stoffen in de omgevingslucht ook wordt waargenomen in het lichaam van de Vlaamse jongeren. In vergelijking met de waarden die tien jaar geleden werden gemeten, daalde de benzeenbiomerker in de urine en de bloedconcentraties van zware metalen (lood en cadmium), PCB’s en de biomerkers voor de verboden bestrijdingsmiddelen (DDT en hexachlorobenzeen). Blootstelling aan polyaromatische koolwaterstoffen (PAK’s) blijft een aandachtspunt, gezien voor het afbraakproduct van deze schadelijke stoffen geen dalende trend kon worden waargenomen. PAK’s kunnen vrijkomen bij verbrandingsprocessen (bijv. bij gebouwenverwarming, in het verkeer, in industriële processen) en kunnen gevormd worden in de voeding (bijv. bij barbecue).

'Nieuwe' vervuilers

Ook de waarden van een aantal nieuwere vervuilende stoffen zoals ftalaten (weekmakers in plastics) zijn gedaald tijdens de laatste 5 jaar, waarschijnlijk deels te wijten aan de verstrengde wetgeving hierover.

Een nieuwe analysemethode liet toe om de verschillende giftige en niet-giftige arseenverbindingen in de urine te meten. Voor het eerst in Vlaanderen kon dus worden nagegaan in welke mate de gevonden gehaltes schadelijk zijn voor de gezondheid. We stelden vast dat ongeveer 11% van de Vlaamse bevolking is blootgesteld aan arseengehaltes die een gezondheidsrisico kunnen inhouden.

Informatie uit de vragenlijstgegevens bevestigde dat de aanwezigheid van vervuilende stoffen mede bepaald wordt door onze levensstijl en voedingsgewoonten. Enkele voorbeelden: rokers hadden hogere cadmiumwaarden; jongeren die vaker eieren van eigen kippen aten, hadden meer PCB’s en het afbraakproduct van DDT in hun bloed; en stookgedrag (binnen en buitenshuis) had een invloed op de PAK’s-gehaltes in het lichaam.

Bij de Vlaamse jongeren werd ook de perceptie van milieuproblemen in hun woonomgeving bevraagd. De meest gemelde vormen van milieuhinder zijn burenlawaai en lawaai van wegverkeer.

Resultaten van vergelijkbare studies in kleinere afgebakende gebieden, zoals de Gentse kanaalzone waar in dezelfde periode een meetcampagne bij jongeren liep, kunnen met deze referentiewaarden worden vergeleken. Meer informatie hierover is terug te vinden in het persbericht over de Gentse kanaalzone.

Het Steunpunt Milieu en Gezondheid wordt geleid door prof. W. Baeyens (VUB, coördinator van steunpunt), prof. G. Schoeters (VITO, coördinator van de biomonitoring), V. Nelen (PIH, woordvoerder van het steunpunt), prof. I. Loots (UA), prof. T. Nawrot (UHasselt), prof. B. Nemery (KU Leuven) en prof. S. De Henauw (UGent).

Voor uitgebreide informatie over deze resultaten : Website Steunpunt Milieu en Gezondheid 

Bron : UGent