Vlaams minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur Joke Schauvliege verleent een nieuwe milieuvergunning aan het crematorium van Kortrijk. Ze antwoordt daarmee op de opmerkingen van de Raad van State die op 7 maart 2013 de eerder toegekende vergunning had vernietigd.
De deputatie van West-Vlaanderen had op 21 april 2008 in eerste aanleg een vergunning verleend aan O.V., de Intergemeentelijke Vereniging voor Crematoriumbeheer, voor de bouw van een crematorium aan de Ambassadeur Baertlaan in Kortrijk. Tegen deze beslissing van de West-Vlaamse deputatie waren twee beroepen ingediend die de minister op 9 februari 2012 had afgewezen. De belangrijkste bezwaren van de beroepsindieners hadden betrekking op de luchtuitstoot, de bijkomende mobiliteitshinder en de onverenigbaarheid van de activiteiten van het crematorium met de omgeving.
Zoals in haar toenmalige beslissing baseert minister Schauvliege zich ook nu op de unanieme gunstige adviezen van de relevante gewestelijke administraties, onder meer de gewestelijke milieuvergunningscommissie. Die adviezen zeggen dat de mogelijke milieuhinder door het crematorium wel degelijk aanvaardbaar is. Noch inzake uitstoot van sommige stoffen (o.m. fijn stof) noch inzake geur is hinder te verwachten. Wat de mobiliteit betreft is het crematorium uitstekend ontsloten. Uit de mobiliteitsstudie bij het aanvraagdossier blijkt dat de bijkomende verkeersstroom naar het crematorium geen verkeershinder voor de omgeving zal genereren.
Het crematorium ligt volgens het gewestplan “Kortrijk” in woonuitbreidingsgebied. In principe is de exploitatie van een crematorium in een dergelijke bestemming zonevreemd. Toch laat de ruimtelijke ordeningsregelgeving toe om af te wijken van de bestemming. De Raad van State vond echter dat voor de afwijking niet naar de juiste rechtsbasis was verwezen. Daarop heeft de minister de vergunning opnieuw toegekend op basis van het betrokken artikel 5.6.7 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.
Dat artikel zegt dat een milieuvergunning kan worden toegekend in afwijking van de stedenbouwkundige voorschriften in het gewestplan, voor zover de ruimtelijke draagkracht van het gebied niet wordt overschreden, de andere bestemmingen (bv. woningen) in de omgeving niet in het gedrang worden gebracht en de inrichting stedenbouwkundig vergunbaar of vergund is. Bovendien, zo oordeelt de minister, is het crematorium door zijn architectuur volledig geïntegreerd in het landschap en omgeven met passende open groenaanleg, waar de constructie slechts 2% van de totale terreinoppervlakte inneemt. Bovendien sluit het crematorium onmiddellijk aan op de begraafplaats van Kortrijk.
Ten slotte heeft het crematorium ook de stedenbouwkundige vergunning gekregen van de gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar. Daarmee zijn alle voorwaarden om afwijkend van het gewestplan de milieuvergunning toe te kennen, vervuld.
Bron : Persbericht Joke Schauvliege, Vlaams minister van leefmilieu, natuur en cultuur
__________________
Extra info :
Arrest nr. 222.750 van 7 maart 2013 van de Raad van State : Milieuvergunning voor het crematorium te Kortrijk vernietigd