16/03/2016

Studierapporten 'Energielandschappen' en 'Atelier Diepe Geothermie'

Back to article overview

De studie 'Energielandschappen' onderzoekt de relatie tussen hernieuwbare energie en landschap. De vervolgstudie ‘Atelier Diepe Geothermie’ onderzoekt de interactie tussen diepe geothermie en het landschap en de invloed daarvan op de leefomgeving.

 

 

In het kader van LABO RUIMTE en in opdracht van de Vlaamse Landmaatschappij (VLM), het Team Vlaams Bouwmeester, Ruimte Vlaanderen, de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (VITO)  en het Vlaams Energieagentschap (VEA), verkenden ontwerpers in de studie 'Energielandschappen', de relatie tussen hernieuwbare energie en landschap.

'Energielandschappen' is een eerste, ontwerpmatige oefening  om na te gaan in welke mate ons landschap – bebouwd of onbebouwd – potentieel heeft om bij te dragen aan de overschakeling naar duurzame energiebronnen zoals zonne- en windenergie.  De studie toont aan dat die omschakeling van fossiele brandstoffen naar hernieuwbare energiebronnen ook een ruimtelijk vraagstuk is. Door de beperkte beschikbare ruimte in Vlaanderen, zullen we energiesystemen moeten verweven met andere functies en ze integreren in ons bebouwde landschap. Ook de koppeling van gebruikers en producenten van hernieuwbare energiebronnen biedt bovendien ook een kans om een duurzamer en collectiever ruimtegebruik te stimuleren.

De vervolgstudie ‘Atelier Diepe Geothermie’ onderzoekt hoe de interactie tussen diepe geothermie en het landschap bepalend kan zijn voor de ontwikkeling van een kwaliteitsvolle en duurzame leefomgeving. Die studie werd uitgevoerd in opdracht van het Team Vlaams Bouwmeester, Ruimte Vlaanderen en VITO en  bouwde verder op de inzichten uit de studie ‘Energielandschappen’. Het ontwerpend onderzoek exploreert mogelijke ontwikkelingsstrategieën aan de hand van twee cases: de technologiecluster in Mol en het Kolenspoor in Genk.