26/03/2013

Klimaatmaatregelen: de internationale overeenkomst inzake klimaatverandering van 2015 opstellen

Back to article overview

Vandaag heeft de Europese Commissie haar goedkeuring gehecht aan een consultatieve mededeling die een publiek debat opent over de beste manier om een nieuwe internationale overeenkomst ter bestrijding van de klimaatverandering op te stellen. De consultatieve mededeling werpt essentiële vragen op en peilt naar de standpunten van de belanghebbenden inzake de nieuwe overeenkomst, die tegen eind 2015 moet zijn voltooid en vanaf 2020 van toepassing moet zijn.

Connie Hedegaard, Europees Commissaris voor Klimaat, verklaarde: In Kopenhagen hebben de wereldleiders zich ten doel gesteld de stijging van de wereldwijde temperatuur onder de 2° C te houden om de zwaarste gevolgen van de klimaatverandering te voorkomen. Dat is goed. Maar aangezien de wereld zich elke dag een beetje meer van dat doel verwijdert, is het duidelijk niet genoeg. Iedereen moet meer doen. Een ambitieuze internationale overeenkomst waarin alle grote economieën zich ertoe verbinden naar gelang van hun huidige en toekomstige mogelijkheden maatregelen te nemen is van vitaal belang om in onze opzet te kunnen slagen. Deze mededeling is een uitnodiging om het standpunt van de EU te helpen bepalen en bij te dragen tot de sterkst mogelijke overeenkomst in 2015.”

De consultatieve mededeling vraagt belanghebbenden, lidstaten en EU-instellingen naar hun ideeën om de overeenkomst van 2015 het best vorm te geven. Deze overeenkomst zal de internationale regeling vaststellen voor de bestrijding van de klimaatverandering na 2020.

De publieksraadpleging loopt online tot en met 26 juni. Op 17 april zal in Brussel een conferentie voor belanghebbenden plaatsvinden.

De stijging van de wereldwijde temperatuur onder de 2° C houden

De partijen bij de VN hebben eind 2011 in Durban onderhandelingen geopend over de nieuwe overeenkomst inzake klimaatverandering. De publieksraadpleging valt samen met een verwachte intensivering van de onderhandelingen dit jaar.

De overeenkomst van 2015 moet tegen 2020 het huidige lappendeken van bindende en niet‑bindende regelingen in het kader van het VN-Raamverdrag inzake klimaatverandering en het Protocol van Kyoto in één alomvattende regeling samenbrengen. Terwijl de EU, een paar andere Europese landen en Australië zijn toegetreden tot een wettelijk bindende tweede verbintenisperiode in het kader van het Protocol van Kyoto, zijn ongeveer 60 andere landen in de wereld verschillende soorten niet-bindende verbintenissen aangegaan om hun broeikasgasemissies te reduceren of de toename ervan te beperken.

Meer ambitie in de aanloop naar 2020 is eveneens van cruciaal belang

Samen met de internationale onderhandelingen over de overeenkomst van 2015, is een aanvang genomen met onderhandelingen in het kader van het Platform van Durban om manieren te vinden om de wereldwijde broeikasgasemissies sterker te reduceren alvorens de overeenkomst in 2020 van kracht wordt. Daaruit blijkt dat wordt erkend dat er een aanzienlijke kloof is tussen de huidige toezeggingen van de landen inzake emissies voor 2020 en wat nodig is om de wereld op koers te brengen om de stijging van de wereldwijde temperatuur onder de 2° C te houden.

Hoewel de consultatieve mededeling hoofdzakelijk de overeenkomst van 2015 betreft, maakt zij duidelijk dat wereldwijde maatregelen die vóór 2020 worden genomen van cruciaal belang zijn om de koers van de beleidsmaatregelen uit te zetten zodat de overeenkomst een succes kan worden.

Volgende stappen

De Commissie zal de antwoorden analyseren en integreren in het standpunt van de EU over de overeenkomst van 2015.

Meer informatie:

 

Bron : © Europese Unie, 1995-2013