15/03/2013

MIRA maakt de milieubalans op voor Vlaanderen

Back to article overview

Jaarlijks geeft het Milieurapport Vlaanderen (MIRA) van de Vlaamse Milieumaatschappij een overzicht van de staat van het leefmilieu in Vlaanderen aan de hand van indicatoren. Het MIRA Indicatorrapport biedt betrouwbare en actuele milieu-informatie en levert zo een belangrijke bijdrage aan het milieudebat in Vlaanderen.

Indicatoren maken de vooruitgang in een milieuprobleem zichtbaar en tonen waar bijkomende inspanningen nodig zijn. Het indicatorrapport van MIRA toetst aan de hand van een 100-tal indicatoren de milieudoelstellingen in Vlaanderen af. MIRA wil op die manier actuele en betrouwbare milieu-informatie aanbieden aan beleidsmakers, milieudeskundigen en geïnteresseerde burgers. Een kleine greep uit de vele milieu-indicatoren die het rapport rijk is:

  • We zitten op het goede spoor voor:
    • Pesticidengebruik: Dankzij verschillende maatregelen zoals geïntegreerde en biologische bestrijding, verbeterd gamma producten, gebruiksbeperkingen en verbodsbepalingen is in de periode 1990-2010 het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen in Vlaanderen ongeveer gehalveerd. Dat blijkt ook uit de beduidend lagere meetwaarden voor een aantal giftige pesticiden in de waterlopen.
    • Mestverwerking en mestexport: Mestverwerking en mestexport is een van de maatregelen om het mestoverschot in Vlaanderen aan te pakken. Sinds 2000 is mestverwerking en mestexport gestaag toegenomen met respectievelijk een factor 8 en 6 voor stikstof en fosfor. Dit draagt bij tot de vermindering van de bemestingsdruk en de ammoniakemissies naar water en lucht.
    • Huishoudelijk afval: Met 70% van het huishoudelijk afval dat naar materiaalrecuperatie gaat, scoort Vlaanderen heel goed binnen Europa: het EU-27 gemiddelde voor 2010 was 40%. Dit aandeel blijft vrij stabiel sinds 2004.

       
  • We moeten bijkomende inspanningen doen voor:
    • Lawaai: Lawaai is de belangrijkste bron van hinder in Vlaanderen, maar het aantal gehinderden vertoont een dalende trend t.o.v. 2001. Lawaai is na fijn stof de belangrijkste bron van gezondheidseffecten vanuit het leefmilieu.
    • Bodemafdichting: In de periode 2007-2009 was 175 967 ha of 12,9% van de Vlaamse bodem afgedicht. Bodemafdichting vermindert de waterberging in de bodem en heeft een negatieve invloed op de biodiversiteit. Op Malta na heeft België met 7,4% de hoogste graad van bodemafdichting in Europa.
    • Oppervlaktewater. De belasting door gezinnen neemt gestaag af dankzij de nutriëntenverwijdering in de rioolwaterzuiveringsinstallaties. Toch blijven landbouw en huishoudens de belangrijkste bronnen van de belasting van oppervlaktewater met voedingsstoffen.

U kunt het volledige MIRA Indicatorrapport 2012 raadplegen op www.milieurapport.be. Daar vindt u ook een meer uitgebreide set van indicatoren in de rubriek Feiten en cijfers.

Het MIRA-indicatorrapport is een uitgave van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM).

Bron : VMM