20/08/2014

FOD Economie en FOD Mobiliteit testen elektrische, hybride en aardgasvoertuigen

Back to article overview

Brussel, 20 augustus 2014 – De overheid kan een voortrekkersrol spelen door zelf duurzame & schone wagens in haar voertuigenvloot op te nemen. Daarom organiseerden de FOD Economie en de FOD Mobiliteit dit jaar een pilootproject om het potentieel voor elektrische, hybride en aardgasvoertuigen te testen. Momenteel wordt het project geëvalueerd om eventueel over te gaan tot de aankoop van duurzame voertuigen.

Begin 2013 kondigde de Europese Commissie een ambitieus pakket maatregelen (en een voorstel van richtlijn) aan over de laad- en tankinfrastructuur van alternatieve brandstoffen. De Europese richtlijn zal er mee voor zorgen dat in heel Europa laad- en tankstations voor alternatieve brandstoffen worden gebouwd met gemeenschappelijke normen. In het kader van deze richtlijn moet België eveneens een nationaal plan opstellen voor deze alternatieve transportbrandstoffen. Inspanningen van alle betrokken actoren en beleidsniveaus zijn noodzakelijk om tot een coherent & gecoördineerd nationaal beleid te komen in België.

Overheid als launching customer

Tijdens het voorbije Autosalon lanceerde voormalig federaal staatssecretaris voor Energie, Mobiliteit en Leefmilieu Melchior Wathelet enkele voorstellen, namelijk over infrastructuur, gecoördineerd nationaal beleid en ook over de rol van de overheid als launching customer: de overheid kan een belangrijke rol spelen door zelf duurzame & schone wagens in haar voertuigenvloot op te nemen. Daarom organiseerden de FOD Economie en de FOD Mobiliteit een pilootproject dat liep van 1 april tot 28 mei 2014 om het potentieel voor elektrische, plug-in hybride en aardgasvoertuigen in een overheidsvloot te testen.

Elf verschillende constructeurs/invoerders (Toyota, Volkswagen groep, Renault, Mitsubishi, Nissan, Opel, BMW, Ford, Volvo, Fiat en Mercedes) stelden in totaal 11 elektrische en plug-in hybride voertuigen en 15 aardgasvoertuigen ter beschikking. De elektrische en plug-in hybride voertuigen werden in en rond Brussel ingezet voor kortere ritten voor professionele doeleinden. De voertuigen konden opladen aan de vijf laadboxen die geïnstalleerd werden in de gemeenschappelijke parking van de FOD Economie en FOD Mobiliteit in het City Atrium-gebouw. De aardgaswagens werden vooral getest door de controleurs van de Economische Inspectie: zij leggen immers in dienstverband lange afstanden met de wagen af. De aardgasvoertuigen konden tanken in 11 tankstations van DATS24 en 3 tankstations van Electrabel.

Elke testpiloot vulde een evaluatieformulier in per getest voertuig. In het algemeen werd het project heel positief geëvalueerd door de meeste testpiloten. Enkele van de geteste voertuigen kunnen in aanmerking komen om permanent deel uit te maken van de wagenvloot van de FOD Economie. Maar daarnaast moet er ook een budgettaire afweging worden gemaakt. Op basis van een interne evaluatie kunnen er aankoopbeslissingen volgen.

Kansen van alternatieve brandstoffen

De FOD Economie hecht veel belang aan het stimuleren van alternatieve transportbrandstoffen aangezien dit significante kansen biedt aan onze Belgische economie:

  • een verminderde afhankelijkheid van olie-invoer;
  • alternatieve technologieën & brandstoffen bieden kansen aan autoassemblage, toeleveranciers en onderzoekinstellingen uit de Belgische autosector;
  • ontwikkeling van laad- en tankinfrastructuur, productie-eenheden, samenwerking tussen bedrijven & universiteiten.

Alternatieve brandstoffen kunnen dus onze economie & internationale concurrentiepositie versterken en tewerkstelling creëren.

Belangrijke voordelen voor onze energieconsumptie en ons milieu

Het stimuleren van alternatieve transportbrandstoffen biedt ook belangrijke voordelen voor onze energieconsumptie en ons milieu:

  • Meer dan 95% van het wagenpark in België rijdt op benzine of diesel. Meer rijden op alternatieve brandstoffen zou helpen om dit aandeel wat te laten zakken en de energieconsumptie van onze transportsector meer te diversifiëren om zo onze olieafhankelijkheid te verminderen.
  • Tegen 2020 moet, volgens de EU2020-doelstellingen, 10% van de energieconsumptie van de transportsector uit hernieuwbare energiebronnen te bestaan. Hernieuwbare elektriciteit en biogas kunnen als transportbrandstof hiertoe bijdragen.
  • Voertuigen die rijden op alternatieve brandstoffen stoten in de meeste gevallen aanzienlijk minder stikstofoxiden en fijnstof uit. Deze voertuigen kunnen bijgevolg bijdragen tot de verbetering van de luchtkwaliteit in België. Daarenboven zal ook de geluidsoverlast van het autoverkeer sterk verminderen.
  • Voertuigen die rijden op alternatieve brandstoffen stoten in de meeste gevallen aanzienlijk minder CO2 uit, wat goed is voor ons klimaat.

Zie ook: Proposal for a Directive of the European Parliament and of the Council on the deployment of alternative fuels infrastructure

 

Bron : Persbericht FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie